Willem van Toorn – Stoom

Revolutie in Nederland

Nederlandse roman over een jongen in een opkomend socialistisch milieu en de eerste stakingen.

Stoom gaat over de jaren dat de arbeiders werd geleerd voor hun rechten op te komen. De vakbonden ontstonden en de socialistische partij kreeg voet aan de Nederlandse grond. In de tijd dat onder andere stoommachines ervoor zorgden dat producties en handel nog sneller konden waardoor er nog meer geld kon worden verdiend, was dit hoognodig. Vooral in de grote steden, waren de leefomstandigheden voor de arbeiders over het algemeen belabberd.

Dit zijn de tijdsbeelden die Willem van Toorn gebruikt als achtergrond voor zijn verhaal over de grote stakingen in 1903. In de provincies was het leven betuttelend, in de steden wat minder, maar daar was meer armoede. Weduwes die hun hoofd boven water probeerden te houden met armetierige pensionnetjes, arbeiders die naar de pijpen van hun baas dansten, bang om hun baan kwijt te raken. Ronselaars die hun slaatje sloegen uit de werkeloosheid.

Maarten Corbelijn, de hoofdpersoon uit Stoom, zit midden in deze turbulente tijden. Hij is getuige van een ommezwaai in de tijd, terwijl hij zelf de ommezwaai moet maken van jongen naar man. Want dat is het andere deel van de roman: over een jongen die de liefde ontdekt en pas na jaren werken kiest wat hij wil. Van havenwerker tot student in de rechten. Van jongen die de vrouwen achternalopen tot een serieuze verloofde.

Nederland was bekrompen in die tijd. De moraal werd geregeerd door de kerk en de burgerregels. Iets van die bekrompenheid heeft Willem van Toorn in zijn stijl weten te vangen. Zijn schrijven is braaf en zonder opmerkelijke uitspattingen. Zijn beeldtaal is accuraat, zijn hoofdpersoon een modelvoorbeeld. Willem van Toorn (geboren 1935) publiceert al sinds 1959 romans, jeugdboeken en dichtbundels. Zijn hart ligt bij de onderwijswereld en het rivierengebied. In Stoom kunnen we dat voelen. Als er over de rivieren wordt gepraat krijgt het verhaal even bezieling. Maar het stomende socialisme dat rond die eeuwwisseling voor zoveel ophef zorgde, is een beetje stijf in het verhaal gepast.

Voor wie geïnteresseerd is in de geschiedenis van Nederland, is dit een sfeervol boek dat het begin van de 20ste eeuw heel raak neerzet. De omslag van het boek toont een foto van Jacob Olie van Amsterdam rond de voorlaatste eeuwwisseling. Voorop tronen drie stoere mannen ergens in de Jordaan die duidelijk van de arbeidersklasse zijn. Zij zijn Nederlands hoop in die bange dagen en ze zullen de lezers dan ook niet teleurstellen. Maarten Corbelijn zal echter de top-10 van geliefde romanfiguren niet halen.

Willem van Toorn – Stoom, Querido 2005

Leestips
Over dezelfde tijd in Amsterdam:
Richard Mason – Geschiedenis van een genotzoeker
Gerrit Komrij – De klopgeest
Over die tijd in Alkmaar:
Gijs IJlander – De aanstoot
Over die tijd in Katwijk:
Robert Haasnoot – De heugling
Een bezielende roman over nieuwe technieken en het grootste stoomschip:
John Griesemer – Signaal en ruis
De kleine geschiedenis van Amsterdam:
Geert Mak – Een kleine geschiedenis van Amsterdam