Tijdens de kerstperiode worden er heel wat kerstfilms gekeken, vaak met een hoog melodramatisch gehalte: laat de tranen maar lopen. In de literatuur vind je niet zo heel veel tranendalen. Hier wat passende literatuur voor natte ogen, mocht je geen zin hebben om een film te kijken.
Een ijskoud winterdrama over een van de laatste hongerwinters (met natuurlijke oorzaak) in Europa, over een vrouw met twee kinderen op zoek naar eten en warmte in het duistere Finland: Aki Ollikainen – Witte honger
De dood, of het verdwijnen van dieren, heeft altijd al een hoog zakdoekgehalte. Hier is een vrolijke Franse roman over stoere mannen die een hond adopteren: Ludovic Roubaudi – Circusmannen
De opvolger van het boek De rooie hond over een beroemde hond in West-Australië, vertelt de fictieve voorgeschiedenis over deze hond, met een zeer dramatische eindscène: Louis de Bernières – Blauwe hond
Dat een groots meer droogvalt is al rede genoeg om te janken. Deze roman gaat over een jongen in een Russische vazalstaat, die op zoek naar zijn moeder achter een vreselijk geheim komt: Bianca Bellova – Het meer
Slechts weinig lezers hielden het droog bij het lezen van dit boek. Hoe triest en dramatisch het verhaal ook is, iedereen sloeg zich dapper door pagina’s lange, tranentrekkende scènes: Hanya Yanagihara – Een klein leven.
Feesten en vrolijkheid om droefenis te maskeren. Dit opmerkelijke verhaal gaat over een jongetje wiens ouders bonte feesten en avonturen organiseerden. De reden is om te janken: Olivier Bordeaut – Wachten op Bojangles.
Tenslotte een verhaal over de dood van een kameel: weer een einde waar een zakdoek aan te pas moet komen: Tea Obreht – Achterland