Ludovic Roubaudi – Circusmannen

De hond van rubber

Onderhoudende Franse roman over tentenbouwers en een hond.

Je zult ze maar tegenkomen: een stelletje leeghoofdige bouwvakkers die zich zo min mogelijk wassen, die altijd in zijn voor een ‘geintje’, niet terugdeinzen voor een glaasje te veel of een potje matten. Circusmannen gaat over zo’n groepje mannen. En over een hond die is aan komen lopen.

Het team van de circusmannen is een bijeengeraapt zootje van mannen die min of meer de maatschappij de rug hebben toegekeerd. Hun spierbundels is het beste wat ze hebben. Op het circusterrein in Balard, een buitenwijk van Parijs, vinden ze een soort veilige haven waar ze werken en slapen. Eten doen ze bij Maman Rose die in de buurt een klein restaurantje heeft en deze ruwe kerels in haar hart heeft gesloten.

Ondanks dat ze regelmatig op hun donder krijgen van Marco, gaan ze door het vuur voor deze chef die losse vuisten heeft maar altijd rechtvaardig blijft. Hij heeft het verstand en helpt ze altijd uit de problemen.

Wanneer op een dag een hond op hun terrein verschijnt besluiten de mannen het dier te adopteren: tenslotte ziet hij er net zo zielig uit als zij. Hij krijgt de naam Kweenie, wat is afgeleid van ‘Ikweetniet’. Al snel blijkt dat Kweenie heel goed is om kunstjes te leren.

Marco, die vroeger zelf als dompteur en dresseur heeft gewerkt, herkent het genie in de hond en ziet in hem de kans om een droom van hem waar te maken: een eigen circus beginnen.

Het is niet alleen de vervulling van een droom van Marco, het biedt de rest van het team een doel in het leven. Wie had er ooit gedacht eigen baas te worden?
Zo is een hond de reden dat deze mannen, die slechts een enkele keer per week naar het badhuis gaan, op een dag naar de winkel moeten om echte pakken aan te schaffen. Ze zijn circusheren geworden.

Het is een zeer onderhoudend verhaal van de Franse schrijver Ludovic Roubaudi die naast een heleboel andere baantjes ook een tijdje bij het circus heeft gewerkt. Hij kent het leven achter de schermen en heeft in plaats van de circusartiesten zelf de ‘onzichtbare’ mannen als onderwerp van zijn boek genomen. De mannen die het zware werk doen. Mannen die zich het vuur uit de sloffen sjouwen, in palen klimmen, de tenten omhoog trekken, zich op de been houdend met pannen vol glühwein en niet te beroerd zijn om af en toe een geintje uit te halen.

De verteller, de Lange, begint met horten en stoten het verhaal. Allereerst natuurlijk met een streek van de Belg, die je absoluut niet alleen voor boodschappen moet sturen. Het zal niet de laatste blunder zijn die de Belg onbewust veroorzaakt. Zijn laatste grap is zo triest dat je er een zakdoek bij moet pakken.

Want het is ook een aandoenlijk verhaal. Net als Maman Rose sluit je al snel deze mannen in je hart. Ze zijn weliswaar niet allemaal de slimste of de mooiste, Roubaudi heeft er geen lieverdjes van gemaakt. Ze weten de weg met hun vuisten en niet alleen maar om te werken. Maar ze hebben allemaal iets waardoor je ze hun streken vergeeft. Zelfs de Belg, zo dom als hij is en die, omdat hij zo stinkt, altijd in de achterbak van zijn Renaultje-4 slaapt.

En dan is er de hond die wordt opgenomen tussen deze ruwe kerels. Die geschikt blijkt om het moeilijkste nummer wat er bestaat in de circuswereld uit te kunnen voeren. Net als de mannen is het een verschoppeling van de maatschappij. Maar hij blijkt gouden kanten te hebben. Dankzij de kunstjes van de hond beseffen ook de mannen dat ze iemand kunnen zijn in de maatschappij.

Roubaudi heeft een rake schrijfstijl om deze heren te portretteren. Met de nodige humor, sterke dialogen, goed gekarakteriseerde personages en informatieve achtergrondverhalen over het circus.

Het boek is een mengeling van aandoenlijkheid, humor en is zeker een zeer origineel en goed geschreven verhaal. Voor de mensen die van het circus houden, die van dieren houden, maar die ook hebben genoten van Het leven van Pi. Een boek dat je niet snel zal willen dichtklappen.

Ludovic Roubaudi – Circusmannen (Les Baltringues, vert. Eef Gratama), De Geus, 2004

Leeslinks

Van dezelfde schrijver:

Brand!

Nog meer dierenverhalen:

Yann Martel – Het leven van Pi
Louis de Bernières – De rooie hond
Louis de Bernières – Blauwe hond
Byambasuren Davaa – De grot van de gele hond