George Sand – Mauprat (1837)

Goed in goed zijn

& De onnozele hals (1837)

Dat George Sand romantisch was kun je bijna aflezen aan het aantal affaires die ze had met beroemde mensen: de schrijver Prosper Merimée, de dichter Alfred de Muset en de componist Frédérique Chopin. Toch zag ze er niet bepaald romantisch uit: meestal in mannenkleding en met sigaar.

George Sand werd in 1806 geboren in Parijs waarna ze bij haar grootmoeder opgroeide op het platteland in de Franse Varenne. In 1831, toen ze voor de Figaro begon te schrijven, werd ook haar eerste boek Rose et Blanche gepubliceerd dat ze samen met haar toenmalige vriend Jules Sandeau had geschreven. Tot haar dood in 1876 publiceerde ze nog tientallen andere romans waaronder in 1837 Mauprat.

George Sand was een echt kind van haar tijd. Ze vocht voor de vrijheid van de vrouw en voor sociale verbeteringen. Tijdens de Franse Revolutie van 1848 schreef ze onder andere voor La République, waarin ze vurig voor hervormingen pleitte. Maar ook was ze een bekende in kunstenaarskringen: ze correspondeerde onder andere met de schrijver Flaubert, was bevriend met Franz Liszt en kende de schilder Eugène Delacroix. Haar werk beïnvloedde onder andere dat van Fedor Dostojevski, Leon Tolstoi, Gustave Flaubert en Marcel Proust

In haar boeken vinden we zowel feministische als socialistische thema’s. Maar ook zoals in Mauprat vurige filosofische lessen zoals die over goed en kwaad: “De mens wordt niet slecht geboren, maar ook niet goed.” “De mens wordt geboren met wat meer of wat minder hartstochten, met wat meer of wat minder energie om die te bevredigen, met wat meer of wat minder aanleg om er al of niet profijt van te trekken in de maatschappij. Maar de opvoeding kan en moet alles verhelpen.”

Mauprat gaat over de jongeman Bernard uit een puur slechte familie, die verliefd wordt op zijn nichtje Edmée die uit de goede tak van de familie stamt. Dit nichtje eist van hem dat hij een goede man wordt, pas dan zal zij zijn vrouw kunnen worden. Bernard haalt alles uit de kast om te bewijzen dat zijn slechte familienaam verleden tijd is, wat zowel voor hemzelf als voor zijn omgeving geen makkelijke opgave is. Niet iedereen gelooft in de gedaantewisseling van het in vodden geklede schurkje dat opeens een gentleman wordt. En uiteindelijk lijken deze mensen gelijk te krijgen wanneer Edmée is neergeschoten. Maar dan zou het geen boek van George Sand zijn, dat eindigt met bovengenoemde moraal: goedheid kan worden aangeleerd.

Het is een mooie liefdesgeschiedenis die gekenmerkt wordt door de tanden des tijds: De Amerikaanse onafhankelijkheidsoorlog speelt op de achtergrond, de naderende Franse revolutie, het werk van Jean-Jacques Rousseau en dat van de schrijvers zoals Voltaire en Beaumarchais.

Ook het kleine boekje De onnozele hals gaat over goed en kwaad. Alleen is het geen roman maar een lieflijk sprookje met tekeningen van Sand’s zoon Maurice Sand. Het kleine jongetje Gribouille is in tegenstelling tot zijn ouders en broers en zusjes een voorbeeldig kind dat niemand kwaad kan doen. Zelfs de koning is slecht, de hele wereld is slecht, daar komt Gribouille al snel achter. En omdat hij alleen maar goed kan doen besluit hij de wereld te veranderen. Hij wordt in zijn queeste naar het goede in het hommelrijk terzijde gestaan door feeën. George Sand schreef dit sprookje nadat de revolutie in 1848 op niets uitgelopen was. Ze trok zich terug op het platteland waar ze geen revolutionaire geschriften meer schreef, maar haar meningen op een andere wijze vorm gaf, zoals in dit sprookje.

Hele series klassiekers worden telkens weer opnieuw uitgegeven. Niet voor niets. De levenswandel van George Sand is dankzij al haar affaires met beroemde mensen haast nog bekender dan haar romans. Daarom is het goed dat er weer hernieuwde aandacht voor haar boeken is. Speciaal voor mensen die hun klassiekers niet kennen.

George Sand – Mauprat en De onnozele hals (Mauprat en Histoire du véritable Gribouille, vert. Rosalien van Witsen) De Geus, 2005

Leestips
Van dezelfde schrijfster:
Een winter in Mallorca