Waar of niet waar?
Australische roman over een oude dame die begint te dementeren.
Spelen met wat waar is of wat alleen in het hoofd van een persoon zit, is een ware uitdaging voor een schrijver en geeft de kans op een mooi speelveld. Zo weet Mitch Cullin in zijn Getijdenland de lezer lange tijd op het verkeerde been te houden. Maar het onderwerp van dat boek is geen dementie.
Het pad van ouder worden gaat niet altijd over rozen. Een klein pijntje hier, een ongemakje daar, maar vooral: blijven we wel bij de les? Dementie is voor de meeste mensen misschien wel het grootste spook om bang voor te zijn: als een tijger in de nacht besluipt hij je zintuigen.
De Australische schrijfster Fiona McFarlane had twee grootmoeders, die allebei op een andere wijze dement werden. Het is lastig deze ziekte te beschrijven. Zeker vanuit de patiënt zelf. En het is helemaal een kunst er een mooie roman over te maken. In Geheugenkunstenaars van Jeffrey Moore probeert een groep jongeren een onderhoudende oplossing te vinden voor de verzorging van een Alzheimer-patiënt. Alice LaPlante beschrijft in haar roman Hersenspinsels dementie vanuit de patiënt zelf – net zoals Fiona McFarlane – en beide weten zelfs wat spanning in het verhaal te brengen.
Hoofdpersoon in Tijgers in de nacht is Ruth. Ruth is van mening dat haar vijfenzeventig jaren haar nog lang niet oud maken. Ze voelt zich fit en heeft haar leven als weduwe in het vakantiehuis aan zee nabij Sydney goed in de hand. Ze betreurt het weliswaar dat haar twee zonen ver weg wonen, dus niet vaak langskomen, maar dat maakt het leven alleen maar aangenaam rustiger. Alleen de donkere uren kunnen eenzaam zijn. Niet alleen mist ze haar man, maar er zijn nachten dat ze een tijger lijkt te horen rondsluipen in haar woonkamer. De tijger bestaat wel niet echt, dat weet Ruth, maar de geur van een wild dier die ’s morgens in de huiskamer hangt, brengt haar wel eens aan het twijfelen.
Op een dag staat er een struise, grote dame voor de deur, die zich voorstelt als Frida en in dienst van de staat Ruth een handje komt helpen. Ruth, die vooral last van haar rug heeft, wil van geen hulp weten in het begin. Maar de kordate Frida, die niet alleen het huis spik & span boent, maar ook haren knipt en als gezelschapsdame fungeert, is binnen afzienbare tijd niet meer weg te denken uit Ruth’s leven. Zelfs de onderlinge schermutselingen doen Frida niet meer vertrekken.
Ruth vertelt Frida over haar leven, over haar eerste liefde en zelfs het geheim van de nachtelijke bezoeken van de tijger vertrouwt ze haar toe. Dit neemt Frida serieus op: ze gaat achter de tijger aan. Er zijn weliswaar kleine alarmbelletjes in het achterhoofd van Ruth afgegaan, maar telkens wanneer ze denkt Frida de deur uit te moeten zetten, strijkt ze weer over haar hart, omdat ze tevens geïntrigeerd raakt door de goed verzorgde en welbespraakte Frida, die elke dag met een nieuw kapsel komt pronken. Ook trapt ze in het zielige verhaal over Frida’s broer George, die de plaatselijke taxi rijdt.
Waar Tijgers in de nacht in uitblinkt is onzekerheid. In hoeverre weet Ruth nog wat ze doet en kloppen haar herinneringen? Is Frida een meesteres in het manipuleren van Ruth’s zwakte of is ze inderdaad bij de oude dame ingetrokken om haar te helpen?
Het is prachtig hoe McFarlane met de gevoelens van Ruth speelt. En hoe ze het flamboyante type van Frida heeft gecreëerd. Ze speelt op briljante manier de twee dames tegen elkaar uit. Voor de lezer zijn er momenten waarop je medelijden met Frida krijgt en gaat twijfelen aan haar slechte intenties; er zijn ook momenten dat je denkt dat Ruth toch alles in de hand heeft en tot actie over zal gaan.
Op het eerste gezicht kabbelt het verhaal voort als een vlakke zee op een mooie zomerdag. Het tempo waarin het leven van de oude dame verglijdt, is laag. Maar Ruth’s groeiende onzekerheid lijkt op aan de horizon opbouwende onweerswolken; de kleine confrontaties tussen Frida en Ruth nemen toe en zijn als het gerommel van de donder dat je in de verte kunt horen. Haast ongemerkt komen en gaan de bloemkoolwolken, maar verschijnen elke dag steeds dichter aan de kust. De geduldige tijger wacht zijn kans af.
Tijgers in de nacht is een onderhoudende roman over oud worden en dementie. De grootmoeders van McFarlane mogen trots zijn op hun kleinkind: een mooie plek aan zee en de strijd met de ouderdom worden in dit verhaal met veel liefde beschreven.
Fiona McFarlane – Tijgers in de nacht (The night guest, vert. Dirk-Jan Arensman), Meulenhoff Boekerij 2014
Leestips
Over dementie:
Claudia Piñeiro – Elena weet
Jésus Carrasco – Terug naar huis
Christiaan Kracht – Eurotrash
Jeffrey Moore – De geheugenkunstenaars
Alice LaPlante – Hersenspinsels
Richard Mason – De verlichte kamers
Meer verrassend sociaal geëngageerde literatuur uit Australië:
Peter Carey – Ver van huis
Matthew Condon – De forellenopera
Sofie Laguna – Één voet verkeerd
Tim Winton – Adem