Tarun J. Tejpal – De alchemie van het verlangen

Gevaarlijke liefdes

Indiase roman over een stuklopende relatie.

India is een land waar ikzelf nog nooit ben geweest. Toch heb ik het idee dat ik al vele reizen heb gemaakt naar dit land, waar miljoenen mensen wonen. Geuren, kleuren en levendige straatbeelden, ze worden regelmatig uitbundig toegelicht in diverse romans. De meeste romans spelen dan ook te midden van het drukke leven in de grote steden: het prachtige Godenspelen van Vikram Chandra en Shantaram van Gregory David Roberts zijn gesitueerd in Bombay, De laatste straaljagerlach van Ruchir Joshi speelt veelal in Calcutta en De geschikte jongen van Vikram Seth speelt in een fictieve stad aan de Ganges. India is een land om je in te verliezen en vaak zijn boeken over India, zeker de grote bovengenoemde werken, ook literatuurwerken om je in te verliezen.

Het romandebuut De alchemie van het verlangen van de Indiase journalist Tarun J. Tejpal is hierop geen uitzondering. Het is een boek van dik over de 600 pagina’s, met een meeslepend verhaal dat je meeneemt naar kleine provinciestadjes zoals Chandigarh, naar de hoofdstad New Dehli en naar de voet van het Himalayagebergte, waar drukke dorpen kleine eilanden van bedrijvigheid vormen in een verstillend landschap. Opvallend is dat naast het drukke verkeer en een bonte stoet karakters, het verhaal ook bevolkt wordt door bomen: exotische bomen – zoals kikarbomen, gulmohar en banyanbomen – die met hun bladerdak of bloementooi de hoofdpersonen liefdevol schaduw of vertroosting bieden.

Het jonge stel waarover het boek gaat, Fizz en de verteller, kopen een huis in de uitlopers van de Himalaya, dat omgeven wordt door een parkachtige tuin, waarin volop bomen staan en worden geplant: dit is een boek dat eens een keer niet geheel in de bomvolle straten van India speelt, maar in het groen, dat de bergen siert: koel en aantrekkelijk. En terwijl je hier niet bang hoeft te zijn voor verstikkende luchtvervuiling, loert het gevaar vanuit de frisse bossen waar nog panters rondsluipen.

Maar dit is slechts een van de kaders waarin het verhaal speelt. Een ander kader is de geschiedenis van dit grote land, dat zeer trieste episodes heeft gekend waarin naast meedogenloze vorsten en fanatieke kolonialisten ook gelovigen elkaar naar het leven stonden. Zo is de verteller een sikh en Fizz, zijn geliefde, een moslim. De geschiedenis over de verschillende bevolkingsgroepen van India, stinkend rijke koningen en moderne politieke machthebbers, brute moordpartijen en treinen vol lijken zijn ook maar een zijdelings spoor van het verhaal.

Het eigenlijke verhaal gaat over een gewone, doch intense liefde tussen de verteller en Fizz, met wie hij al heel wat jaren samenwoont. Hij is journalist, maar wil eigenlijk een roman schrijven, zij beoordeelt boeken voor een uitgeverij, die echter zelden boeken uitgeeft. Het stel bedrijft de liefde waar en wanneer ze maar kunnen. Maar toch sluipt er iets in hun relatie, waardoor deze langzaam afkabbelt. Het verval begint in het huis in de bergen, dat ze aan het opknappen zijn. Een begraven doos met mysterieuze dagboeken is de grote boosdoener.

Hun verhaal wordt met veel passie en op onderhoudende manier verteld door de ik-persoon, die helaas moet constateren dat hij heel veel fouten heeft gemaakt en zo zijn relatie door zijn handen zag glippen. Opdat de lezer een goed beeld krijgt van deze hartstochtelijke relatie die op de klippen dreigt te lopen, vertelt hij ook het verhaal van zijn oma, een vrouw met weinig passies die echter wel de geschiedenis overleefde, en het verhaal van de vrouw die ooit in het huis woonde en die misschien wel een te veel aan verlangen had. Erotische passages die tederheid en verlangen uitstralen, verknipte verlangens, onmogelijke verlangens, je vindt ze allemaal in het boek.

En zo is dit boek dan ook daadwerkelijk een alchemie van verlangen: een prachtig epos over de liefde, die tederheid, maar ook moordlust opwekt. Net zo paradoxaal als India zelf, dat naast het mooiste praalgraf dat ooit een man zijn vrouw uit liefde heeft geschonken (de Taj Mahal in Agra), een turbulente geschiedenis kent van liefdeloze moordpartijen en onlusten. Deze grote geschiedenis heeft echter net zoveel invloed op dit verhaal, als de machtige toppen van de Himalaya ver weg lagen van het huis dat uitkeek over de valleien van Jeolikote en Bhummiadar. Dit is een grootse roman waarin gewone Indiërs en een Britse dame vol verlangen, een grote liefde belagen.

 

Tarun J. Tejpal – De alchemie van het verlangen (The Alchemy of Desire, vert. Molly van Gelder) De Geus 2008

Leeslinks

De grote boeken over India:
Madhuri Vijay – Het verre veld
Arundhati Roy – Het ministerie van opperst geluk
Vikra Chandra – Godenspelen
Kiran Desai – De erfenis van het verlies
E.M. Forster – Overtocht naar India
Amitav Ghosh – Het glazen paleis
Rudyard Kipling – Kim
Githa Mehta – Raj
Gregory David Roberts – Shantaram
Ruchir Joshi – De laatste straaljagerlach
Vikram Seth – De geschikte jongen