Hiro Arikawa – Reisverslag van een kat

Eeuwige vriendschap

Japans verhaal over een man die met zijn kat langs oude vrienden reist.

In Egypte waren katten heilig. Ze beschermden de farao’s tegen slangen en schorpioenen en werden veelvuldig gemummificeerd, een teken hoe belangrijk ze waren. Nog steeds zijn katten huisdier nummer één in Egypte. Ook Russen zijn gek op katten, net zoals Turken, maar ik denk dat de Japanners met hun kattenliefde de kroon spannen. Zij zijn de uitvinders van kattencafé’s, ze hebben katteneilanden (Tashirojima en Aoshima eiland), een winkel met alleen maar boeken over katten en zelfs een gelukbrenger in de vorm van een kat: Maneki-neko (wanneer zijn linker poot omhoog steekt brengt dat voorspoed in het zakendoen; zijn rechter poot omhoog betekent persoonlijk geluk en rijkdom.)

Het is dan ook niet vreemd om regelmatig een kat tegen te komen in de Japanse literatuur. Het beroemdste kattenboek verscheen al in 1905: I am a cat van Natsume Sōseki (de schrijver is in Nederland bekend om Kokoro: de wegen van het hart). Jun’ichirō Tanizaki (in Nederland bekend om zijn prachtige roman Stille sneeuwval) schreef in 1936 A Cat, a Men and two Women.
In 2016 verscheen De kat van Takashi Hiraide: een verhaal over een jong stel dat dankzij een aanloopkat weer wat van hun huwelijk kan maken.

Het nieuwste kattenboek is Reisverslag van een kat van Hiro Arikawa. Het leest als een reis door het leven van Satoru, een man die een zwerfkat eten gaf en hem na een ongeluk in huis nam en de kat Nana noemde, wat zeven in het Japans betekent. Via bezoeken aan oude vrienden leren we over Satoru, wiens vroege leven getekend werd door een groot drama. Zijn toenmalige kat Hachi maakt Nana behoorlijk jaloers, omdat het een terugkerend onderwerp in Satoru’s gesprekken is en ze met elkaar worden vergeleken. Het lijkt erop dat Satoru een nieuw huis wil vinden voor Nana, iets waarvoor Nana telkens een stokje weet te steken. Pas op het einde weten we waarom Satoru een nieuw baasje voor Nana zocht.

Wie denkt dat dit een kattenroman à la Fritz the Cat is, komt bedrogen uit. Het is een ontroerend verhaal over vriendschap, niet alleen tussen Satoru en Nana, maar vooral over Saturo en zijn vrienden, die kwamen en gingen. De vrienden vertegenwoordigen allen een periode in Saturo’s leven: jeugd, puberteit en student. Het leven heeft hen enigszins uit elkaar gedreven, dus zijn de bezoeken een hernieuwde kennismaking waarbij ze tal van herinneringen ophalen.

Nana rijgt de verhalen met haar eigenwijze katten-commentaar aan elkaar, zodat ze meer diepte krijgen. Als bijna verwaande stadskater was hij diep beledigd toen Satoru hem de naam Nana gaf wegens zijn knik in de staart: die lijkt op het getal zeven (nana). Hij voelt zich boven iedereen verheven, waardoor zijn beschouwingen behoorlijk humoristisch kunnen uitvallen. Hij heeft geen idee waarom ze telkens op stap gaan, maar geniet van het reizen met zijn baasje.

Reisverslag van een kat geeft de lezer ook een mooie blik op het Japanse leven, waar traditie en moderniteit hand in hand gaan. Satoru en Nana bezoeken verschillende regio’s in het land, waaronder natuurlijk de beroemde berg Fuji. Stadskat Nana maakt kennis met de zee en het platteland. En met Satoru’s vrienden, tante en andere huisdieren. Het is geen literair hoogstandje, maar een onderhoudend verhaal over een kattenliefhebber in Japan.

Hiro Arikawa – Reisverslag van een kat (旅猫リポート, vert. Sander Schoen), Ambo/Anthos 2018

Leeslinks:
Takashi Hiraide – De kat
Jun’ichirō Tanizaki – A Cat, a Man and two Women
Natsume Sōseki – I am a cat
Over het Japanse leven:
Yasushi Inoue – Het jachtgeweer
Natsume Sōseki – Kokoro: de wegen van het hart
Ryu Murakami – In de misosoep