Mieko Kawakami – Het gele huis

De ongelukkige lotgevallen van Hana

Japanse roman over een minderjarig meisje in de onderbuik van Tokio.

Tokio is met zijn ruim veertien miljoen mensen de tweede grootste stad van de wereld. Het is een levendige stad met wolkenkrabbers, uitgaanswijken en een kleurrijke bevolking. Daaronder veel jongeren, waarvan een deeltje op straat probeert te overleven. Zo staat de plek tussen de Tokyu Kabukicho Tower en de Toho cinema in Shinjuku bekend als het hoofdkwartier van de Toyoko kinderen, weeskinderen, kinderen die van huis zijn weggelopen, of kinderen die zich even aansluiten uit onvrede met hun thuissituatie en later weer teruggaan. Zwervertjes die met elkaar een eigen leven opbouwen in de nieuwe maatschappij.

Weglopen van huis

Hana, de hoofdpersoon uit Het gele huis leeft dan wel niet op straat, maar is ook op haar zeventiende weggelopen bij haar moeder, die in bars werkt en geen tijd heeft voor haar dochter. Het begon ermee dat ze zich suf werkte in een café en met genoegen haar spaarcentjes telde, die haar moeder misschien ooit een meer comfortabel leven zouden kunnen bieden.

Maar niets gaat zoals het zou moeten gaan. Op een dag is Hana’s spaargeld verdwenen, wat niet de laatste keer zal zijn. Dat maakt haar overstuur, ook niet voor de laatste keer. Ze is haar moeders onverantwoordelijke gedrag – dan weer thuis, dan weer weken de hort op – spuugzat. Op een dag trekt ze de deur van hun armoedige woning achter zich dicht om misschien nooit meer terug te keren.

Tijdens een van de vele keren dat haar moeder liever bij een vriendje woonde dan bij haar dochter, trok een vriendin van haar moeder in huis: Kimiko, een dame die Hana een veilig gevoel gaf en liet zien dat een leven thuis warme kanten kon hebben. Wanneer Hana is weggelopen komt ze Kimiko tegen bij wie ze intrekt en met wie ze een nieuwe bar opzet: Lemon.

Een schoenendoos met spaargeld

Het leven begint Hana toe te lachen. De bar loopt goed, ze ontmoet een leeftijdsgenootje, Lan, met wie ze naast het werk ook als een echte tiener lol trapt. Wanneer het noodlot toeslaat, is ze uiteindelijk sterk genoeg om een doorstart te maken in haar leven, met nog steeds Kimiko en Lan aan haar zijde.

Ze trekken in het gele huis, inclusief Momoko, een tweede vriendin van Hana. Ze ontmoet mensen die lid zijn van een van de beruchte Yakuza families (Japanse maffia) en ontmoet vrouwen die haar vertrouwen winnen, maar die haar de misdaadwereld inslepen. Geld sparen lijkt voor Hana het enige middel om te overleven en de klusjes die ze illegaal kan klaren betalen verleidelijk goed. Soms raakt de schoenendoos met het spaargeld, waarin ooit een paar witte stiletto hakken van haar moeder zaten, plotseling leeg, waarop een crisis volgt, soms is de doos bijna vol. Maar ze blijft samen met Kimiko wonen, die ze als haar grote voorbeeld ziet. Tot op een dag haar vriendinnen haar een andere waarheid onder de neus wrijven.

Criminele activiteiten

Het gele huis speelt in de onderbuik van Tokio, in illegale bars, zoals de Lemon die een sunakku bar was, een kleine, intieme ruimte voor weinig mensen, waarin snacks en alcohol te verkrijgen zijn en waarin goed voor de klanten wordt gezorgd.
Louche figuren duiken op in het verhaal, die kinderen ronselen voor de misdaad, zoals voor creditcard- en concertkaartjesfraude. In de miljoenenstad zijn altijd wel lucratieve handeltjes te vinden, waarbij vooral weerloze kinderen worden ingezet. Hana, altijd in om geld te verdienen, zwicht zodra zich een gelegenheid voordoet om haar spaarcenten aan te vullen.

Hana, die haar eigen verhaal vertelt, doet zo haar best om als een volwassene over te komen, dat je meestal vergeet dat het verhaal over een minderjarig meisje gaat. Ze kan zuipen als een Maleier, werkt voor tien in de bars, gaat uit, eet thuis hoogstens wat instant noedels, snacks of eet wat in kleine eettentjes. Met haar vriendinnen luistert ze naar de nieuwste muziek, ze koopt cadeautjes en kleding en ze raakt bedreven in de creditcard business. Het is voor haar belangrijk om haar eigen keuzes te maken, maar ze heeft niet in de gaten dat ze als een pop heen en weer wordt gemanoeuvreerd door de volwassenen.

Depressies

Het boek begint ermee dat Hana een krantenartikel over Kimiko vindt, nadat ze twintig jaar eerder het gele huis én Kimiko had verlaten. Vervolgens begint ze terug te denken aan het leven dat ze met deze vriendin van haar moeder deelde. De warme en dankbare momenten in haar leven met deze vrouw lichten als kleurrijke neonreclames op. Echter steeds minder toen ze in het gele huis woonden, ook al had Hana in het huis een hoek ingericht vol gele spullen, ervan overtuigd dat de kleur geel geluk zou brengen.

Het gele huis geeft een ontluisterend beeld van opgroeien in de straten van Tokio, waar misdaad en jeugd hand in hand lijken te gaan. Ieder probeert zich op zijn manier staande te houden in de drukke uitgaansstraten vol bars en eettentjes. Ook Hana gaat van de ene naar de andere wijk, waar ze woont, uitgaat en werkt, alsof ze al een volwassene is. Haar kinderlijk opkijken naar volwassenen staat dwars op haar verantwoordelijkheidsgevoel ten opzichte van haar huisgenoten, inclusief Kimiko. Ze voelt zich als de kapitein op het schip en wil zowel haar eigen als andermans problemen oplossen. Terwijl ze nog een kind is en last heeft van depressies.

The yellow sisters

Mieko Kawakami, ooit zangeres, nu dichter en schrijfster, heeft al een aantal bekroonde boeken op haar naam staan. Romans over vrouwen en sociale problemen. In Het gele huis komt niemand uit een liefhebbend of normaal gezin, wat kinderen de straat opjaagt.

Het gele huis verscheen eerst als een serie in de Yomiuri Shimbun krant en vervolgens als de roman The Yellow Sisters. Eenmaal het boek opengeslagen is het moeilijk de wereld van Hana achter je te laten. Ze trekt je de drukke straten van Tokio in en maakt je deelgenoot van haar wel en wee. De jaren die Hana met Kimiko doorbracht voelen als een soort achtbaan, een snel leven waarin spanning niet ontbreekt. Het gele huis is geen tranendal, noch een voel-je-goed roman. Maar het is zeker een uitstapje waard naar deze flitsende wereld van bars en cafés in het bruisende Tokio.

Mieko Kawakami – Het gele huis (Kiiroi ie, vert. Maarten Liebregts), Wereldbibliotheek 2024

Leestips:
Jong zijn in Japan:
Sayaka Murata – Buurtsupermens
Ryu Murakami – In de misosoep
Ryu Murakami – De Karaokeoorlog
Hitomi Kanehara – Slangen & Piercings
Spelend in Tokio:
Yü Miri – Station Tokio Ueno
Hoe word ik rijk:
Tash Aw – Vijfsterrenmiljardair (Shanghai)
Leven in Osaka:
Min Jin Lee – Pachinko
Over jongeren in Bejing:
Yin Lichuan – Fucker
Tot de straat veroordeeld:
Heather O’Neill – Slaapliedjes voor kleine criminelen
Twee tieners op zoek naar hun identiteit (Singapore):
Sharlene Teo – Ponti