Hoe word je een dictator?
Over de opkomst van Benito Mussolini in Italië.
In 2010 kreeg het boek Het Mussolinikanaal van Antonio Pennacchi de prestigieuze Italiaanse literatuurprijs Premio Strega. Negen jaar later is er alweer een boek over Italië en de opkomst van Mussolini, dat wegloopt met deze grote prijs: M – De zoon van de eeuw, van Antonio Scurati.
Het boek is een behoorlijke prestatie, daar het over 800 pagina’s tellende verhaal een destillatie is van brieven, dagboekdelen, parlementaire rapporten en krantenartikelen over de opkomst van Mussolini (alles wat de schrijver te pakken kon krijgen van zowel aanhangers als vijanden van Mussolini). Ondanks dat de inhoud non-fictief is, heeft het de vorm van een roman.
Het toch al verarmde Italië lag mentaal in puin na de Eerste Wereldoorlog. Opzij geschoven door zegevierende grootmachten zoals Engeland en Amerika, die met hun na-oorlogse vredesonderhandelingen eerdere afspraken met Italië (Pakt van Londen) afzwakten, voelden de Italianen zich net zozeer verliezers van de Eerste Wereldoorlog. Benito Mussolini, een journalist van de socialistische krant Avanti!, maakte hier handig gebruik van.
Het broeide in Italië. Vanuit Rusland kwam de communistische partij opzetten, de socialisten kregen steeds meer aanhang en de arbeiders dreigden het land over te nemen. Wat de nodige spanningen gaf bij grootgrondbezitters, fabriekseigenaren en andere rijken. Mussolini, eenmaal uit de socialistische partij gezet wegens een meningsverschil, begon een ander krantje, Il Popolo d’Italia, wat zou uitgroeien tot het fascistische partijblad.
Terwijl de schrijver Gabriele d’Annunzio een eigen vrijstaatje uitriep in Fiume (Rijeka, tegenwoordig in Kroatië), begon Mussolini aan de opbouw van zijn eigen rijk: het fascistische Italië. Hij creëerde chaos en riep naderhand dat hij de enige was die aan deze chaos een eind kon maken.
Mussolini was intelligent, geslepen, een charmeur, een strateeg, maar bovenal ambitieus. Hij zette mannen uit de gevreesde arditi in (elite corps uit het Italiaanse leger, die ook d’Annunzio hielp in Fiume) om socialisten en communisten te intimideren, een leger rouwdouwers dat langzaam aanzwol tot hij genoeg mensen meende te hebben ingepalmd en hij de eerste sprong naar de macht kon maken met een mars naar Rome.
Scurati wisselt verteltoon en documenten af met elkaar. Elk hoofdstuk wordt afgesloten met krantenartikelen, delen uit persoonlijke brieven of andere documenten. Als om te bewijzen dat hij niets uit zijn duim zoog. Hij neemt de lezer mee naar de burelen van Il popolo d’Italia te Milaan, waar Mussolini het merendeel van zijn plannen smeedde, hij neemt ons mee naar hotelkamers, waar de toekomstige Il Duce als een wilde tijger op en neer drentelt, terwijl hij een strategie verzint, of waar hij zich heeft teruggetrokken met zijn favoriete maîtresse Margherita Sarfatti. In café’s laat hij een onbewogen Mussolini het glas heffen met kameraden. Hij laat Mussolini dromen over vliegen en snelle auto’s, zelfs soms over rust en vrede.
Er zijn mensen die zich afvragen waarom Mussolini in dit boek als een halve held wordt beschreven, terwijl hij een van de ergste Europese dictators was, die duizenden mensen het leven hebben gekost. Daar ben ik het niet helemaal mee eens, want de sfeer die van de pagina’s springt is geen al te vrolijke, maar juist een angstaanjagende sfeer. Hoe groter de partij rond Mussolini, hoe groter de terreur op het platteland, waar alles wat naar socialist of communist ruikt niet meer veilig is. Gruwelijke moordpartijen en brandstichtingen dwingen mensen van partij te ruilen. Het is duidelijk hoe Mussolini zo groot heeft kunnen worden: met intimidatie. Hij slijmde, likte de hielen van de tegenpartij met maar één doel: verwarring of chaos scheppen, waarna hij zijn slag kon slaan. Dezelfde zwarte dreiging die er in de film 1900 (Novecento) van Bernardo Bertolucci hangt, vind je terug in het boek, wat niet bepaald positief is te noemen voor deze hardvochtige manipulator.
Scurati neemt de lezer mee langs alle gebeurtenissen die Mussolini tot een dictator maakte. In duizelingwekkende vaart wordt de Italiaanse politiek uit de doeken gedaan, worden splitsingen van diverse politieke partijen in kaart gebracht, worden zowel tegenstanders als aanhangers voor het voetlicht gegooid, tussendoor met iets luchtiger passages. Maar het geheel is wel een stevige brij aan vooral feiten die de lezer krijgt gepresenteerd. Een ingewikkelde kluwen aan politieke informatie, waar de lezer een steeds grotere kluif aan krijgt om het bij te benen.
Het deed me denken aan de opvolger van Het Mussolinikanaal, Broederstrijd, waarin ook een explosie van historische feiten plaatsvindt, over het na-oorlogse politieke geharrewar tussen de socialisten en de communisten en de vele verzetsgroepen en hun heldendaden. Een moment voor de lezer om af te haken, ware het niet dat er op tijd weer werd teruggekeerd naar een meer onderhoudend verhaal.
Scurati echter niet. Die dendert voort met zijn feiten, tot de moord op Giacomo Matteotti (de reformistisch-socialistische leider), die als enige niet stopte met zijn kruistocht tegen het fascisme. Na een beroemde tirade in het parlement tegen de partij van Mussolini, wist hij dat hij zijn doodvonnis had getekend. Toen zijn lichaam tien dagen na de moord werd gevonden, nam Mussolini ‘goedmoedig’ de schuld op zich. Maar toen was het gros van het Italiaanse volk al zover dat ze hem bijna op handen droegen.
Voor mensen die geïnteresseerd zijn in Mussolini en de Italiaanse politiek, is dit boek natuurlijk een must. Hoewel de vorm en stijl van het schrijven respect afdwingt – zeker in het begin weet de vorm van het verhaal je te pakken – daalde mijn interesse na honderden pagina’s tot een nulpunt, het verhaal te vlak, zonder oplopende spanning of enige variatie, enkel een niet veranderende opsomming van Mussolini’s snode daden. Hoe Mussolini aan de macht kon komen, was me al een beetje duidelijk geworden na het lezen van Het Mussolinikanaal. Hierin wordt aan de hand van het leven van een boerenfamilie het Italië uit die tijd en het populisme rond Mussolini uitgelegd. Op een meer onderhoudende manier dan Scurati, die je met feiten en gebeurtenissen om de oren blijft slaan. Ook Het Mussolinikanaal (en Broederstrijd) bevat heel veel interessante, historische feiten, maar die worden in een meer toegankelijke romanvorm gepresenteerd.
Antonio Scurati – M – de zoon van de eeuw (Il figlio del secolo, vert. Jan van der Haar), Podium 2019
Leestips
Over Mussolini en Italië:
Antonio Pennacchi – Het Mussolinikanaal
Antonio Pennacchi – Broederstrijd
Cesare Pavese – De maan en het vuur
Italië na de Tweede Wereldoorlog:
Elena Ferrante – De Napolitaanse romans
Lidia Ravera – Het feest is afgelopen