Turkije op oorlogspad

Erdogan heeft het nog niet aangedurfd de meest geliefde Turk openlijk aan te vallen: Mustafa Kemal Atatürk. Hij is echter druk doende om veel waar deze Vader aller Turken voor stond, de grond in de boren, zoals scheiding van kerk en staat, vrouwenrechten en vrede. Het arme Turkije zucht onder zijn dictatorschap en ziet met lede ogen hoe hun prachtige land langzaam aftakelt. Van het oppermachtige Ottomaanse Rijk naar een staat met een gevaarlijk gefrustreerd staatshoofd. Nu dreigt Turkije weer naar olie te boren in Griekse wateren en zet alles weer op scherp.

De tijd voorafgaande aan de val van het Ottomaanse Rijk (1922) ging gepaard met de nodige opstanden, oorlogen en genociden, zoals die van de Armeniërs. Deze tijd is misschien wel het best in een roman gevat door de Engelse schrijver Louis de Bernières. Hij geeft Atatürk een bescheiden rol, maar kleurrijke dorpsbewoners, die hun zonen naar de oorlog zagen gaan en hun buren zagen worden afgevoerd, de hoofdrol. Het is het meeslepende verhaal van vriendschappen en liefdes die smartelijk ten onder gingen: Vogels zonder vleugels

Ook de Italiaanse Antonia Arslan schreef over de Armeense genocide, aan de hand van een sfeervol verhaal over een Armeense familie die hun rijk en rechten langzaam zien afbrokkelen, tot de echte hel uitbreekt: Het huis met de leeuweriken.

Nog een goeie geschiedenisles over de tijd van de val van het Ottomaanse rijk valt te lezen in een roman van Theresa Révay, waarin een vrouw, getrouwd en met een traditioneel huishouden, zich langzaam begeeft op het pad van de revolutie: een spannend en mooi verhaal over liefde, trouw en de afbrokkelende macht van de sultan: Aan de oever van de Bosporus.

Ook Ahmet Altan, die vorig jaar vanuit de gevangenis zijn noodkreet de wereld instuurde, Ik zal de wereld nooit meer zien, gebruikte het roerige einde van het Ottomaanse rijk als decor voor zijn prachtige roman waarin meerdere mensen proberen een tegenwicht te bieden aan de in paniek zijnde en om hem heen moordende Sultan die zijn einde zag naderen: De Secretaris

Toen de stofwolken van de oorlogen en de moordpartijen waren nedergedaald en de staat Turkije was opgericht, zette Atatürk talrijke veranderingen in het land door, zoals het Arabische schrift veranderen naar een meer westers, Latijns schrift. Het vak kalligrafie dreigde hiermee ten onder te gaan. Yasmine Ghata schreef een haast sprookjesachtig verhaal over een vrouw die per se kalligrafe wilde worden: De nacht der kalligrafen.

Vrede in het land wilde nog niet zeggen dat alle problemen waren opgelost. Vooral op het platteland was het leven niet makkelijk. De Turkse schrijver Yasar Kemal is de schrijvende Van Gogh over het landelijke Anatolie, waar de lucht de aarde kust en de landarbeiders met hun zweet diezelfde aarde bewerken. Kemals simpele, doch beeldende vertelkunst is om van stil te worden: Granaatappelboom

Tenslotte nog een ode aan het oude Istanbul, door Turkije’s grootste hedendaagse schrijver, Orhan Pamuk, die als eerste Turk de Nobelprijs voor literatuur kreeg (2006). Hij heeft niet alleen met lede ogen het verval van de stad genoteerd, maar volgt nu ook met angst en beven de val van het eens zo coulante Turkije: Istanbul.