Daniel Kehlmann – Ik en Kaminski

Wie is Treesje?

Duitse satire over kunstcriticus die biografie van beroemde kunstenaar wil schrijven.

De roman is verteld vanuit de ik-persoon, de uiterst arrogante Sebastian Völkner, die beslist als een onaangenaam persoon overkomt. Waarom hij kunstgeschiedenis heeft gestudeerd is de lezer niet helemaal duidelijk: hij heeft er absoluut geen affectie mee. Belangrijker voor hem is zijn carrière als kunstcriticus en zijn concurrent, de kunstenaarsbiograaf Hans Bahring, af te troefen. Hij dendert hiervoor over alles wat hem in de weg staat en is helemaal in zijn nopjes met zijn plan om de biografie te schrijven van een ooit bekende kunstenaar die nu vergeten lijkt te zijn. Manuel Kaminski was een tijdgenoot en bekende van tal van kunstenaars zoals Matisse, Picasso en Claes Oldenburg. Kaminski is inmiddels bijna blind en leeft met zijn dochter teruggetrokken in een huis in de Zwitserse Alpen. Daarom veronderstelt Völkner dat Kaminski elk moment kan doodgaan. En dan kan hij als eerste een klapper maken met Kaminski’s biografie.

De eerste keer dat hij kennismaakt met Kaminski is hij twee dagen eerder dan zijn afspraak was. Hij forceert zich toegang tot de oude man die gasten heeft, en is later ook niet te beroerd om in zijn spullen te snuffelen. Hij weet een geheim van de oude Kaminski dat hij als troef wil uitspelen. De oude Kaminski lijkt in de val te trappen. Waarna dit curieuze duo op stap gaat, dwars door Europa, op weg naar zee.

De roman is echter zo knap geschreven dat je een zekere compassie gaat voelen voor deze Völkner, die altijd aan het kortste eind trekt. Hij wordt hoe verder het verhaal vordert steeds potsierlijker. Andere mensen, die ook willen schermen met de naam van de beroemde Kaminski, overtroeven hem en soms moet Völkner de arme oude kunstenaar als een geliefde pop met kracht van andere mensen vandaag grissen. De brutaliteit van Völkner staat in schril contrast met de oude en half blinde kunstenaar Kaminski, die zeer hulpbehoevend lijkt. Geen mens weet hoeveel Kaminski nog kan zien en in welke mate hij seniel is. Zijn uitspraken en daden zetten zowel de lezer als Völkner soms op een geheel ander spoor.

Het is de vierde roman van de Duitse schrijver Daniel Kehlmann die in dit boek een kluchtige satire over de kunstwereld neerzet. De andere karakters die in de zijlijn meespelen zijn weliswaar subtiel maar tekenend neergezet. De dochter van Kaminski die als een kenau om haar vader draait, de huishoudster die door Völkner beledigd wordt maar zich toch laat omkopen, de vriendin van Völkner die hem ten voeten uit kent en niet meer met zich laat sollen, de bizarre lifter die veel meer weet dan de arrogante Völkner en tenslotte de oude geliefde Therese die als Treesje tussen gehaakte kleedjes oud is geworden.

Het verhaal is simpel verteld, is niet volumineus, maar zit razend knap en eenvoudig in elkaar. De nog redelijk jonge Daniel Kehlmann (1975), die filosofie en literatuurwetenschappen in Wenen heeft gestudeerd, vertelt als een doorgewinterde schrijver zijn verhaal. Ik en Kaminski leest als een satirische thriller met prachtige wendingen.

Daniel Kehlmann – Ik en Kaminski (Ich und Kaminski, vert. Jacq Vogelaar), Querido, 2004

Leestips
Van dezelfde schrijver:
Lichtspel
Tijl
Roem
Het meten van de wereld
Andere Duitse kunstsatire:
Martin Walser – Dood van een criticus