Hanya Yanagihara – Naar het paradijs

De teloorgang van een huis

Amerikaanse roman over homoseksuelen in Amerika en Hawaï, in drie verhalen in drie verschillende eeuwen.

In 2004 kwam Wolkenatlas uit van David Mitchell. Het boek was net zo’n literaire sensatie als Yanagihara’s tweede boek Een klein leven (2016). Verder lijken deze twee romans in niets op elkaar. Maar Wolkenatlas heeft wel wat gemeen met Yanagihara’s derde roman Naar het paradijs. Wolkenatlas bestaat uit 6 verhalen, allen totaal verschillend van plek, stijl en tijd, maar ze beschrijven stuk voor stuk een ogenschijnlijk paradijs. Naar het paradijs bestaat uit 3 verhalen, waarin de hoofdpersonen als het ware op zoek zijn naar een paradijs. Beide boeken zijn prachtig geschreven, spelen soms in niet bestaande staten en in Hawaï, of in een verre toekomst. Terwijl Wolkenatlas unaniem werd toegejuicht, krijgt Yanagihara’s Naar het paradijs naast veel complimenten ook wel wat kritiek. Waar ik me achter schaar, want het boek heeft wat zaken die verwarren of die iets te langdradig zijn.

Het eerste wat je als niet gewaarschuwde lezer kan overkomen is verward raken wegens het gebruik van namen. Charles, David, Peter en Edward zijn in alledrie de verhalen namen voor hoofdpersonages. Bij het tweede hoofdstuk moet je er heel wat pagina’s over doen om te concluderen dat de gelijknamige personen in beide verhalen niets met elkaar te maken hebben. Ook het derde deel heeft niets met de voorgaande hoofdstukken te maken. Charles blijft overigens de rijke oudere vriend of opa, David is in de eerste twee hoofdstukken de hoofdpersoon en Edward de verleider met onzekere bedoelingen. Peter is een goede vriend of naast familielid.

De enige echte constante is het grote herenhuis op Washington Square in New York. Je zou bijna zeggen dat dit de geschiedenis van een huis is: de drie verhalen voeren door drie eeuwen – 1893, 1993 en ver de toekomst in, 2093. In het eerste deel straalt het huis voornaamheid en rijkdom uit, in het tweede deel komt daar al wat verval in, in het derde deel is het huis opgedeeld in verschillende wooneenheden en heeft het zijn grote allure verloren.

Er zijn wel meer gemeenschappelijke zaken, zoals de homostellen die alle verhaallijnen domineren. Alleen in het derde verhaal vinden we een vrouw in de hoofdrol. In het ene verhaal is de wereld verdeeld in staten waar herenliefde wel of niet is toegestaan. In het tweede deel staat wel of geen verbod niet echt ter discussie, terwijl in het derde deel homoseksualiteit strafbaar is geworden.

In het eerste deel wordt David door zijn puissant rijke opa Bingham gekoppeld aan Charles Griffith. Maar hij wordt verliefd op Edward Bishop en zal een keuze moeten maken.

In het tweede deel woont ene David samen met de wat oudere en rijke Charles Griffith, aan wie hij had verteld dat zijn vader dood was. Maar David’s vader, een nazaat van de laatste koning van Hawaï, die wat psychische issues had en met zijn grote liefde Edward op een strand op Hawaï was gaan wonen, meldt zich om uit te leggen waarom hij zo’n moeizame relatie had met zijn zoon.

In het derde deel volgen we Charlie, die door haar grootvader Charles aan een man was geholpen, zodat iemand voor haar zou zorgen wanneer Charles er niet meer zou zijn. Sinds een virus heeft Charlie een zwakke psyche. Wanneer haar opa dood is, ontmoet ze David.

Alle drie de verhalen eindigen met een cliffhanger. Daar waar Mitchell terugkwam op zijn verhalen om de afloop te vertellen, laat Yanagihara ons gissen of de personen daadwerkelijk een paradijs hebben bereikt.

De vraag blijft of Yanagihara niet haar hand heeft overspeeld met zo’n groots opgezette roman, die niet helemaal uit de verf is gekomen. Wat het probleem is met de drie verhalen is dat ze niet bevredigend zijn. Ze werken naar een hoogtepunt, waarna we een nieuw verhaal voor de kiezen krijgen en de spanningsboog opnieuw moet worden opgebouwd. Bovendien blijf je hopen op een flintertje afloop van het vorige verhaal dat de schrijfster misschien ergens heeft verstopt, wat frustrerend kan werken. Want bijvoorbeeld Hawaïaanse afkomst speelt in twee verhalen, net als de ring met de parel die kan worden opengeklapt en zo zullen er nog meer terugkerende details zijn.

Soms wordt er ook iets teveel gefilosofeerd over de wereld waarin wordt geleefd en zo krijg je moeilijk grip op de verhalen. Ze zijn mooi: ze gaan over liefde, ze gaan over een rijke liefhebbende opa of rijke oudere vriend, ze gaan over homoseksualiteit, ze gaan over onze verprutste maatschappij, ze gaan over virussen die de wereld decimeren, ze gaan over verlichte staten en dictaturen en een huiveringwekkende toekomst. Ze gaan over een heleboel dingen, maar vormen geen samenballende kracht om je diep te raken.

In plaats van fraaie plattegrondjes van de Amerikaanse Unie, Lipo-Wao-Nahele en Washington Square, had Yanagihara beter een soort stamboom met alle bewoners van Washington Square kunnen plaatsen. Of, wanneer de personen daadwerkelijk aan elkaar zijn gelieerd, een stamboom van de Bingham en Griffith familie, waarover weer een geheel nieuw boek zou kunnen worden geschreven.

De drie verhalen zijn overigens wel de moeite om te lezen, want ze maken nieuwsgierig en je krijgt de neiging het boek opnieuw te lezen om verbindende factoren te zoeken. Ook al heeft Naar het paradijs niet de verrassingsfactoren zoals Notities uit de jungle, noch de zwaar emotionele lading van Een klein leven, het is opnieuw een totaal ander boek, met wederom een intrigerende inhoud.

Hanya Yanagihara – Naar het paradijs (To Paradise, vert. Maurits Wagenvoort) Wereldbibliotheek 2022

Leestips
Van dezelfde schrijfster:
Een klein leven
Notities uit de jungle
Over aids en homoseksualiteit:
Pai Hsien-Yung – Jongens van glas
Rebecca Makkai – Een stralende toekomst
Een boek bestaande uit 6 verhalen:
David Mitchell – Wolkenatlas