Christoph Peters – Nachtweefsel

Tussen waan en werkelijkheid

Boeiende Duitse roman over een verwarde alcoholist in Istanbul.

Albin Kranz is beeldhouwer maar heeft de kunst al lang aan de wilgen gehangen. Zijn beelden vernietigd. Hij komt rond van gewoon steenhouwen. Zijn vrouw Livia beziet met lede ogen zijn drankgebruik. Zij denkt dat een reisje naar een onbekende stad hun relatie goed zal doen.

Istanbul zal geen nieuw begin vormen voor hun relatie. Eerder de ondergang. Albin denkt er getuige te zijn van een moord op een Amerikaanse zakenman. Livia denkt dat de alcohol hem parten heeft gespeeld.

Een klas van een kunstacademie komt voor een studiereis naar Istanbul en ontmoet het vreemde Duitse stel. Livia, die worstelt met haar stijl voor haar fotografie, sluit zich graag bij hen aan, ook al is het alleen maar om Jan vaker te zien. De groep heeft een verdeelde mening over de eigenwijze speurtocht die Albin onderneemt om achter het wel en wee van de moord te komen.

Het boek begint zowel met het einde als het begin van het verhaal. Er zijn twee vertellers. Olaf Rademacher, de kunststudent die het verhaal precies probeert te reconstrueren vanaf het moment dat zijn groep Livia en Albin ontmoette: wat deed Livia, hoeveel dronk Albin, waar waren ze toen wat gebeurde, hoe laat en met wie zakte Albin door in de hotelbar.

En dan is er Albin Kranz zelf die begint bij het einde van zijn reis naar Istanbul. Hij vertelt met sprongen heen en weer in de tijd wat hij gezien heeft: over zijn speurtocht naar de reden van de moord op Miller, over zijn jeugd en zijn vader die van de ene op de andere dag verdween, over een slopende ziekte die zijn lijf teistert en het naar de knoppen helpt.

Het verhaal is een gewaagde vertelling van twee verschillende personen. De een probeert alles rechttoe rechtaan te vertellen, waarbij we niet verschoond blijven van de spanningen in de groep kunststudenten, de andere vertelt het verhaal waarbij je je menigmaal in een heus delirium waant.

Aan de ene kant is het een dramatisch verhaal over een relatie die ten einde loopt, aan de andere kant is het een pakkend verhaal over perceptie: het zal nooit duidelijk worden of Albin daadwerkelijk een moord heeft zien gebeuren. Het zal nooit duidelijk worden of de personages zo slecht zijn als Albin denkt dat ze zijn. Wat is schijn en wat is werkelijkheid? Moet je iemand geloven die meent iets gezien te hebben, iets geconcludeerd te hebben, iets op het spoor te zijn, vooral als deze persoon een ware alcoholist is die elk moment door de drank het graf kan worden ingeholpen?

Als decor heeft de schrijver een stad genomen waarmee je alle kanten uit kunt: Istanbul. Een miljoenenstad waar de kunstliefhebbers eindeloos kunnen ronddolen, waar een toerist het oriëntaalse leven kan gadeslaan en zich erin kan dompelen. Waar mensen gemakkelijk verdwijnen, waar zigeunerwijken zijn waarin je je beter niet kunt wagen, waar de Russen hun eigen zwarte markt hebben, waar de grote overdekte bazaars je doen verdwalen in een spel van donker en licht, waar tapijthandelaren in duistere winkeltjes je hun waar proberen aan te smeren, waar je hoeren vindt van allerlei allooi, waar het smerige water van de Bosporus je desondanks uitnodigt tot varen.

Het is een roman die je een wervelend Istanboel intrekt, vol herkenbare toeristische vallen. Het gaat over een man die ten dode is opgeschreven. Het waarom word je steeds duidelijker, het hoe niet. Het verhaal is een speurtocht naar onzichtbare en ongrijpbare personen in een stad die genoeg doden heeft gezien in zijn geschiedenis. Het verhaal is er een over waanideeën en werkelijkheid, over alcohol en nuchterheid.

Net als de hoofdpersoon Geoffrey Firmin in Onder de vulkaan van Malcolm Lowry, weet Albin dat hij niet meer kan stoppen met drinken. Ook al weet hij dat dat zijn relatie met Livia zou kunnen redden. Net als Geoffrey verstopt ook Albin zijn flessen drank, niet beseffende dat zijn dronkenschap als het licht van een aangeknipte schemerlamp van hem af straalt. Net als die van Geoffrey begint zijn vrouw een relatie met een ander. En net als Geoffrey in een Mexicaans stadje onder een vulkaan komt, kruipt Albin steeds verder de duistere hoeken van een vreemde stad in waar alles mogelijk lijkt.

In Onder de vulkaan is het duidelijk dat Geoffrey zijn ondergang tegemoet gaat. In Nachtweefsel is alles niet zo duidelijk, omdat daar een moord is geschied en niemand weet of Albin’s getuigenis hem wel of niet in gevaar heeft gebracht.

De roman zit briljant in elkaar: van de nuchtere werkelijkheid van een klas studenten die over kunst blijven bakkeleien, van de mysterieuze oosterse sferen in Istanboel tot aan nachtmerrie-achtige waanbeelden van een met alcohol doordrenkte man. Iedereen zou een Albin kunnen ontmoeten en hierover zijn verhaal kunnen schrijven.

De Duitse schrijver Christopher Peters heeft er met zijn originele vertelwijze een subliem verhaal van gemaakt. Hij studeerde aan de kunstakademie te Karlsruhe en na zijn baan als vluchtcontroleur vaarwel te hebben gezegd leeft hij nu als schrijver in Berlijn. Zijn debuutroman Stadt, Land, Fluss bracht hem de Aspekte-literatuurprijs op.

Nachtweefsel is als een boze droom wanneer je thuis komt na een akelige ervaring in het buitenland. Maar toch worden er over dit soort nachtmerries genoeg films gemaakt of boeken geschreven. Niet alleen Onder de vulkaan is verfilmd, maar ook de film Rear window van Alfred Hitcock begint met een getuigenis van een moord die moeilijk valt te bewijzen. In Don’t look now van Nicolas Roeg raakt de werkelijkheid zoek in Venetië. In boeken zoals Op drift van Emmanuel Carrère, Aangeschoten van Kenneth Cook en Schimmenbaai van Robert Stone is de grens tussen waan en werkelijkheid net zo ijzig dun als in Nachtweefsel, vooral wanneer men een slokje alcohol op heeft of wanneer men een liefde vaarwel moet zeggen.

Als je Nachtweefsel hebt gelezen zul je altijd om je heen kijken in hotelbars om te zien of Albin zich daar ophoudt. Vanaf dakterrassen zul je voortaan stiekem kijken wat er in de huizen aan de overkant gebeurt. Kortom: Nachtweefsel is een verhaal dat je niet snel zult vergeten.

Christoph Peters – Nachtweefsel (Das Tuch aus Nacht, vert. Maarten Bogaert), Arbeiderspers. 2004

Leeslinks

Over eenzelfde alcoholische nachtmerrie:

Malcolm Lowry – Onder de vulkaan

De waarheid op drift:

Emmanuel Carrère – Op drift
Kenneth Cook – Aangeschoten
Robert Stone – Schimmenbaai

Over Istanbul of spelend in Istanbul:

Jason Goodwin – De brand van Istanbul
Elif Shafak – De bastaard van Istanbul
Elif Shafak – Het luizenpaleis
Yasmine Ghata – De nacht der kalligrafen
Ahmet Altan – De Secretaris
Orhan Pamuk – Ik heet Karmozijn
Orhan Pamuk – Istanbul
Orhan Pamuk – Het museum van de onschuld