Alessandro Baricco – Novecento

Sprookjes zijn voor altijd

Italiaanse monoloog over een pianist op een boot.

Ik kan wel juichen wanneer ik weer een boek heb gevonden dat je al vanaf de eerste pagina’s bij de lurven pakt. Het zijn veelal boeken die je in één ruk wilt uitlezen. Ik kies boeken uit op inhoud, de schrijver, soms een intrigerende titel en zelfs wel eens een opvallende cover. Dit alles is natuurlijk nooit een garantie voor de kwaliteit van een boek. Het openslaan van een boek is altijd een verrassing en het zijn de eerste pagina’s die veelal aangeven of het verhaal je gaat bevallen.

Ik ben altijd al een fan geweest van de Italiaanse schrijver Alessandro Baricco, maar zelfs bij hem blijft de verrassing even spannend: het is niet altijd een makkelijke verteller. Zijn verhalen gaan vaak over wonderlijke mensen, en daar hou ik van. Zo was er eens een man die over een perfecte weg droomde (Dit verhaal), over een glasfabrikant die droomde over een spoorweg die nergens heen gaat (Land van glas) of over een schilder die portretten wilde schrijven (Mr Gwyn). Sprookjes voor grote mensen, die lees ik graag.

De door Baricco geschreven monoloog voor theater, kun je een modern sprookje noemen: Novecento gaat over een man die op een boot wordt geboren, daar te vondeling wordt gelegd en voor altijd op de boot blijft wonen. Zijn naam is Danny Boodman (naar de matroos die hem vond en opvoedde tijdens zijn eerste levensjaren) T.D. Lemon (naar de naam die op het kistje stond waarin hij werd gevonden) Novecento (om de nieuwe eeuw te markeren waarin hij werd geboren). Hij wordt een pianist die de passagiers betovert met ongehoorde muziek en weet zelfs een duel op de piano te winnen van de man die claimt de jazz te hebben uitgevonden: Jelly Roll Morton.

De beelden van de succesvolle film Titanic zullen bij de meeste mensen wel zijn blijven hangen. Dus stel je zo’n luxe boot voor, die vroeger op en neer van Europa naar New York voer, en daarop woont een man die nog nooit aan wal is gegaan. Het schip is zijn wereld, en hoe de rest van de wereld eruit ziet, dat hoort en ziet hij in al die duizenden passagiers om zich heen. Niet alleen speelt hij briljant piano, je kunt hem alles vragen over landen en wereldsteden en hij weet het antwoord.

Het verhaal wordt verteld door Tim Tooney, een trombonist die jaren met Novecento op het schip heeft gespeeld. Het eindigt met het prachtige beeld van een gesprek tussen de twee muzikanten, gezeten op vaten springstof. Baricco schreef de monoloog al in 1994, het jaar dat het meteen werd opgevoerd op toneel. Het vindt nog steeds regelmatig zijn weg naar theaterplanken. In 1998 verscheen de Nederlandse vertaling bij De Geus en werd het verhaal verfilmd door Giuseppe Tornatore, met de titel The legend of 1900.

Ik had dringend afleiding nodig en vond dat in deze nieuwe uitgave, die ik in één keer uitlas. Het was niet omdat het verhaal niet veel pagina’s beslaat, maar omdat ik gegrepen werd door weer zo’n sprookjesachtig verhaal. Kon ik maar elke dag zoiets lezen…

Alessandro Baricco – Novecento (Novecento, vert. Manon Smits), De Bezige Bij 2015

Leestips
Van Alessandro Barríco:
De jonge bruid
Dit verhaal
Land van glas
Zijde
Mr. Gwyn
Driemaal bij dageraad
De Ilias van Homerus
Zonder bloed
City
Oceaan van een zee
Over een muzikant die wel zijn schip verliet:
Ron Rash – De fluitspeler
Rond een van de grootste stoomschepen:
John Griesemer – Signaal & ruis