Ota Pavel – Hoe ik de vissen ontmoette

Op zoek naar de gouden paling

Autobiografische Tsjechische roman over vissen.

Ik heb altijd iets met vissen gehad. Als kunstonderwerp, en ik eet ze graag. Zelf heb ik nog nooit gevist, behalve als kind, toen ik met een emmertje in het pierenbad aan de Noordzee vol verwondering naar de garnalen staarde. Er zijn enkele boeken die rondom vissersboten draaien, en er zijn boeken waarin riviervissen spelen. Maar zelden was er een auteur die een boek schreef dat puur over het genot gaat om in rivieren te vissen. En ook nog met zoveel liefde over vissen schreef.

De Tsjechische Ota Pavel werd in 1930 in Praag geboren uit Christelijk – Joodse ouders. Vader en broers overleefden concentratiekampen in de Tweede Wereldoorlog, terwijl Ota thuis mocht blijven bij zijn moeder. De oorlog speelt in de roman slechts op de achtergrond. Vissen werd zijn passie, maar als beroep kwam hij in de sportjournalistiek. Een aantal jaren bracht hij door in psychiatrische instellingen wegens een bi-polaire stoornis. Het waren de enige jaren dat hij ver van de rivieren en de vissen verbleef. Het verlangen om nog één keer ‘de lippen van de rivier te kunnen kussen’, redde misschien wel zijn leven. Hij stierf al op vroege leeftijd aan een hartaanval (1973).

Hoe ik de vissen ontmoette bestaat uit autobiografische verhalen die chronologisch zijn gerangschikt. Ze verhalen over de visavonturen van Ota, tijdens zijn onbezorgde jeugd, in de jaren dat hij een ‘onverschrokken’ jongeman was, tot aan de laatste jaren na zijn ziek zijn, toen hij terugkeerde naar zijn familie en zijn zo geliefde rivier uit zijn jeugd in de Bohemen.

Hij, zijn vader en broers leerden in de rivier Berounka vissen van veerman Prošek, die al viste toen de Fürstenbergs nog op kasteel Křivoklát leefden (dus vóór 1929). Later zal de Tweede Wereldoorlog in het verhaal sluipen, en zo omvat het boek ook een beetje geschiedenis.

Het zijn prachtige verhalen die de Tsjechische natuur tekenen, maar ook heel wat over het vissen. Welke vissen waar en wanneer makkelijk toehappen: het zou zomaar een gids voor vissers kunnen zijn. Maar het is wel degelijk een mooi stukje literatuur, waarin we zowel meer leren over de schrijver, als over die koudbloedige, schubbige wezens, die ooit in grote getalen onze rivieren bewoonden. En over molenaars, kanovaarders, kampeerders, een veerman en Ota’s familie.

De sportwedstrijden namen Ota mee over heel de wereld, waardoor een uitstapje op een onderzeeboot, en een meer in Amerika ook in het boek terecht zijn gekomen. Maar Ota was vooral blij wanneer hij weer terug in eigen land was, het liefst in de streek waar hij de eerste visavonturen beleefde.

Ook al hielden de broers op hun vistochten kookwedstrijden, het is geen culinair boek. Het water liep mij enkel in de mond toen de palingvangst werd beschreven, misschien wel de meest culinaire vis uit het boek. Ook Ota’s vader is gek op paling en presenteert op een gegeven moment een lijst aan zijn zoon met 42 verschillende palinggerechten, helaas alleen de namen. Hoe de andere vis, zoals snoek, barbeel of karper wordt klaargemaakt, komt niet echt aan de orde. Ik neem aan dat die vissen, hoe simpeler bereid, hoe lekkerder ze zijn. Maar ze hebben wel veel graatjes.

Je kunt vissen om een grootste exemplaar te bemachtigen, om de honger te stillen of als een cadeautje voor iemand. Voor Ota Pavel betekende vissen vooral vrijheid en een les in geduld hebben. Op zoek naar goed viswater, de juiste plek vinden en dan de hengel uit: een dag zonder krant, nieuws, telefoon of wat de bewoonde wereld maar met stress verbindt. Wanneer je nu het silhouet ziet van een eenzame visser aan de rand van het water, ga je daar anders tegenaan kijken. Die zit er niet om een zen-moment te vangen, maar om toe te geven aan zijn liefde voor het water. En de vissen.

Hoe ik de vissen ontmoette is een mooie vertaling van een boek dat oorspronkelijk in 1974 werd gepubliceerd. Wanneer je het leest ben je even weg, alsof je aan het water zit, al mijmerend over hoe de vissen leven. Een klein juweeltje dat dankzij uitgeverij Koppernik op de Nederlandse literaire markt is verschenen.

Ota Pavel – Hoe ik de vissen ontmoette (Jak jsem potkal ryby, vert. Edgar de Bruin, met voorwoord van Jan van Mersbergen), Koppernik 2023

Leestips
Semi-autobiografisch, op zoek naar herkomst:
Saša Stanišić – Herkomst
Juan Gómez Bárcena – Het dorp van de herinneringen
Manuel Vilas – Ordesa
Amos Oz – Een verhaal van liefde en duisternis
Boeken met (rivier)vissen:
Lars Elling – De appeloorlog
Juhani Karila – De jacht op het snoekje
Richard Flanagan – Het boek van Gould
Mathew Gondon – De Forellenopera
Mikael Niemi – De man die stierf als een zalm
David Vann – Aquarium
Van een Tsjechische tijdgenoot:
Ludvik Vaculik – Cavia’s op proef