Stemmen uit de radio
Amerikaanse roman over een Duitse radiotechnicus en een Frans blind meisje.
Het is bijna niet meer voor te stellen in deze mediatijden, waarin verre landen haast geen geheimen meer verbergen, maar eens was er een tijd was dat je geheel in extase met het oor tegen een radio lag gekluisterd om stemmen op te vangen uit vreemde landen. Een tijd waarin alleen al de namen van Europese hoofdsteden zoals Parijs, Boedapest, Londen of Rome die op de radio stonden, je een opwindend gevoel konden geven. En stel je voor dat je een zender zoekt en vanuit al dat geruis opeens de klanken klinken van een piano die Claire de Lune van Debussy speelt.
Werner groeit op in een kolenmijnstadje in Duitsland. Zonder ouders: hij woont in een weeshuis, samen met zijn zusje Jutta. Wanneer ze een kapotte radio vinden, weet Werner het ding weer aan de praat te krijgen en samen luisteren ze ’s nachts naar de uitzendingen. Het is net voor de Tweede Wereldoorlog en de propaganda draait op volle toeren, ook op de radio. Maar Werner en zijn zusje ontdekken ook andere stemmen, wonderbaarlijke muziek en buitenlandse programma’s die vertellen over wetenschap en andere meningen. Vooral Jutta vindt het vreselijk wanneer Werner, vanwege zijn uitzonderlijk goeie talent om radio’s te repareren, wordt uitverkoren voor een school waarop alleen de beste van het land worden klaargestoomd om hun land te dienen. Jutta hoort wat anderen via de radio over hun Duitsland zeggen en gelooft niet meer zo in de plicht voor het vaderland. Werner echter, die wanneer hij zou blijven, de mijnen in zou moeten, het zwarte gat waar ook hun vader in is verdwenen, wil echter weg uit het stadje en ziet dit als zijn kans.
Werner zal menigmaal met veel heimwee terugdenken aan de tijd waarin hij samen met zijn zusje in het weeshuis woonde. De plicht valt hem heel zwaar. Stond weggaan niet gelijk aan geëxecuteerd worden, dan was hij allang terug naar de mijnen. Hij heeft een bijzondere bewondering voor zijn vriend Frederick, die iedere vogel kan identificeren, zichzelf blijft en tegengas durft te geven, wanneer Werner dat niet durft. Het zal een hele oorlog duren, voordat Werner eindelijk van zijn opgelegde missie durft af te zien.
De vader van de blinde Marie-Laure werkt bij het Muséum National d’Histoire Naturelle in Parijs, waar ze veel tijd van haar jeugd doorbrengt. Wanneer de Duisters voor de poorten van Parijs staan, moet haar vader vluchten. Wat ze niet weet, is dat hij een van de schatten van het museum in veiligheid moet gaan brengen. Ze komen uiteindelijk in Saint-Malo, waar haar eigenzinnige grootvader Etienne woont, die aan de Eerste Wereldoorlog psychologische stoornissen heeft overgehouden en veelal zijn kamer of het hele huis niet uitkomt. Madame Manec bestiert er het huishouden.
In Parijs had Marie-Laure’s vader al een maquette gemaakt van de buurt waar ze woonden, opdat Marie Laure zo de buurt kon leren kennen. Ook in Saint Malo zet haar vader zich aan deze taak, zodat Marie-Laure met haar vingers de buurt leert kennen, kan uitrekenen hoever alles uit elkaar ligt en in welke richting. De maquette is haar grote troost wanneer haar vader verdwijnt. In navolging van de huishoudster, beginnen ook Marie-Laure en Etienne aan de verzetsstrijd en zenden boodschappen uit via een verborgen zender op de zolder.
Het boek vangt aan met de Amerikaanse bombardementen in augustus 1944 op Saint-Malo om de Duitsers te verdrijven. 70% van de oude stad zal daarin worden verwoest. Werner weet ternauwernood naar een schuilkelder te vluchten van het hotel waarin hij is ingekwartierd, Marie Laure zit alleen op haar kamer, te wachten op Etienne, die al enkele dagen niet is thuisgekomen.
Terwijl de artillerie nog nadreunt, het stof langzaam de puinhoop onthult die de stad is geworden, wordt het verhaal ontrold: hoe Werner en Marie-Laure tenslotte in Saint-Malo zijn gekomen en hoe ze zich uit hun benarde situatie zullen redden. De jacht op de mysterieuze diamant, Zee der vlammen, waarvan wordt gezegd dat degene die hem heeft, niet kan sterven, maar wel geliefde personen in hun omgeving, is geopend. Werner rijdt met een ploegje soldaten kriskras door bezette en beschadigde landen om via de radio verzetshaarden op te sporen, maar de Duitsers zullen worden verdreven, terwijl miljoenen mensen sterven en Marie Laure de avonturen van kapitein Nemo in zijn Nautilus (2000 mijlen onder zee van Jules Verne) ontdekt.
Je kunt van de oorlog geen sprookje maken. Maar wel een mooi verhaal. Er komen genoeg gruwelijkheden in voor om dat te rechtvaardigen. Tenslotte raakten mensen in de oorlog ook verliefd, werden er kinderen geboren uit liefde en raakten oneindig veel mensen geliefden kwijt in deze donkere dagen van de Europese geschiedenis.
Dit is een verhaal over twee gewone jonge mensen in een ongewone situatie. Waren ze sterk, welke uitdagingen gingen ze aan? Werner nam in zijn jeugdige onschuld, hij was 14, de verkeerde uitnodiging aan: hoe kon hij weten hoe wreed de opleiding was en de oorlog zou zijn. Alles wat hij zeker wist, was dat hij niet zoals zijn vader in de mijnen wilde werken. Toen hij eenmaal in de mallemolen van het Duitse leger zat, was er geen manier om te ontsnappen: zijn vriend Frederick betaalde duur voor zijn ongehoorzaamheid.
Marie was als blind kind niet in de positie om beslissingen te nemen; die neemt ze later, net zoals haar vader en grootvader keuzen konden maken.
Over kiert er licht in de duisternis in deze roman. De troost en nieuwsgierigheid die vanuit een krakende radio straalde, het plezier om via braille literatuur te ontdekken en naar muziek te luisteren voor de blinde Marie-Laure, de muziek die Werner herkent, wanneer hij opgesloten in de kelder de radio weer aan de praat weet te krijgen. Ik vond het prachtig hoe het gebruik van de radio als een meanderende lijn door het verhaal liep. Ook al kostte dit apparaat menig mens het leven, het zal er veel meer gespaard hebben.
Voor mij had de lijn van de kostbare diamant weggelaten mogen worden. Het is waar dat de Duitsers zich schuldig maakten aan kunstroof. Een mythische diamant met een goed verhaal kan een verhaal opfleuren, maar het verhaal over de radio en de uitzendingen vond ik al sterk genoeg en maakt van deze roman al een prachtig verhaal waarin alles bij elkaar komt.
Als je het licht niet kunt zien is een aangrijpend verhaal dat je doet terugverlangen naar die grote radio’s van vroeger, waaruit naast de ruis tussen de zenders hoorspelen en muziek uit verre oorden klonk. Het beschrijft het harde leven van Duitse soldaten, mannen die vaak geen andere keuze hadden dan om te vechten. En het beschrijft in mindere mate de bezetting van een klein Frans stadje, waar zelfs het kleinste beetje verzet er toe deed. Het boek deed me enigszins denken aan Signaal en ruis van John Griesemer, een indrukwekkend verhaal over de transatlantische kabellegging van de telefoon en de geschiedenis van een stoomschip. Ook in dit verhaal worden historische feiten, tijdsbeelden, wetenschappelijke nieuwtjes en de verhalen rond een aantal hoofdpersonen op mooie manier met elkaar verbonden. Als je het licht niet kunt zien grijpt je net zozeer aan.
Anthony Doerr – Als je het licht niet kunt zien (All the light we cannot see, vert. Eefje Bosch), The House of Books, 2017
Leestips
Keuzes maken in de oorlog:
Nir Baram – Goede mensen
Rond de eerste radio communicatie:
David Gran – De verloren stad Z
Tom McCarthy – C
Ulla Lenze – De drie levens van Josef Klein
Fictieve verhalen rond de Tweede Wereldoorlog:
Michael Ondaatje – Blindganger
David Benioff – Stad der dieven
Fictie, wetenschap en geschiedenis:
Michael Chabon – Maangloed
John Griesemer – Signaal en ruis
Tomas Lieske – Dünya
Over een Duitse SS’er in de Tweede Wereldoorlog
Jonathan Littell – De welwillenden