Verslavend goed
De geniale vriendin, De nieuwe achternaam, Wie vlucht en wie blijft
Romanserie over twee vriendinnen uit een armoedige Napolitaanse wijk.
Ik heb er lang over gedaan om te besluiten de Napolitaanse romans van Elena Ferrante te gaan lezen: de reeks over twee Napolitaanse vriendinnen leek me te chicklit, te Libelle-achtig en de cover van het eerste deel, De geniale vriendin, sterkte deze vooropgestelde mening.
Toen het tweede deel uitkwam, De nieuwe achternaam, was daar wederom twijfel: de boeken deden het goed in de pers en werden bekroond met menige prijs, maar titel en cover wisten me nog niet te boeien. Ook het derde deel, Wie vlucht en wie blijft, maakte me niet overmatig nieuwsgierig. Pas toen ik een van de boeken op een nachtkastje van vrienden zag liggen en hoorde dat er meerdere vrienden Ferrante met veel plezier aan het lezen waren, durfde ik de stap te zetten.
Wat blijkt? De boeken werken verslavend. Ferrante heeft een bepaalde schrijfstijl die je onmiddellijk bij de lurven pakt en je een leven in sleurt waarvan je geen idee hebt. Het is intiem en tegelijkertijd historisch en monumentaal. Je voelt je een voyeur in een wijk, waarin je vreemd bent. Maar toch zijn er zoveel dingen te herkennen in het verhaal over twee vriendinnen, die uit een armoedige wijk van Napels komen, waar terreur, haat, nijd en angst de dienst uitmaken. Je had te gehoorzamen aan de wetten van de wijk en aan die van de familie. Zoenen uitwisselen, vrijen, vreemdgaan: het kon zomaar een oorlog ontketenen wanneer je een verkeerde partner koos. Zie daar maar eens tussen op te groeien.
En de vriendschap? Dat is er beslist geen waarbij twee meiden eindeloos zitten te leuteren bij een kopje espresso of een glas wijn. Ook al hebben ze tijden dat ze dagelijks bellen, deze vriendschap sluit aan bij Hanya Yanagihara’s verhaal over vriendschap tussen vier mannen (Een klein leven): een sensuele tango van afstoten en omarmen.
De dansende vriendschap maakte bij mij nog niet eens het meeste los. Het indrukwekkendste van de serie vond ik de tijdsbeelden en eindeloze pogingen van de vriendinnen om los van hun buurt te komen. Het is een soort Coronation Street, alleen dan veel heftiger. Ook al gaat Elena (ook wel Lenuccia of Lenù genoemd) in Pisa studeren en later in Florence wonen, het lukt haar niet om te ontwortelen en ze blijft het verschil voelen tussen haar armoedige afkomst en een wereld van rijke intellectuelen. Het is dan ook niet verwonderlijk dat hoe ouder ze wordt, en politiek bewuster, Ferrante de woelige Italiaanse samenleving uit de jaren 60 in het derde deel er breeduit bijsleept: het opkomend feminisme, communisten en fascisten die elkaar in de haren vliegen, bommen die afgaan, ontvoeringen en onrust in fabrieken en universiteiten.
De eerste twee delen spelen in rustiger water, want men kwam nauwelijks de wijk uit en wist praktisch niets van nationale noch internationale politiek. Geen wonder dat zowel Elena als Lila gefascineerd raken, wanneer ze in aanraking komen met grensoverschrijdende ideeën. Maar ook in deze episodes van het verhaal is de beeldtaal sterk: vakanties aan het strand, de eerste auto’s, de opmars van de supermarkt, luxe schoenen, de langzaam veranderende straatbeelden: het is alsof we terug naar onze jeugd, of naar die van ouders of grootouders reizen.
Één ding staat echter voorop: afkomst. Vanaf elke pagina straalt het onvermogen van Elena om zich gelijk te voelen met mensen die niet op straat werden gehard, die een warm bed vonden in een groot huis en zich geen zorgen hoefden te maken of ze van hun ouders wel mochten studeren. Voor haar stond intellect gelijk aan rijkdom: het was haar vrijkaartje om de achterbuurt te verlaten, haar winnende lot voor geluk. Het is pas later in haar leven dat ze inziet dat ze het misschien verkeerd heeft gedaan: kennis maakt niet altijd gelukkig.
Op geniale wijze weeft Ferrante de sociale veranderingen, onrust en oproerkraaiers door het verhaal over Elena Greco. Haar grote tegenstander is haar vriendin Lila, die ze als een schoothondje achternaliep toen ze nog klein waren. Lila was de beste, de intelligentste, had de spannendste invallen en liep altijd een stap voor. Lila was haar grote voorbeeld en zelfs wanneer het lijkt alsof Elena haar vriendin heeft afgetroefd met huwelijk en werk, ontdekt ze nieuwe ontwikkelingen waarin ze meent dat Lila haar alweer voor is. Net zo goed als ze de banden met de wijk waar ze vandaan komt, niet kan loshakken, kan ze zich ook niet ontworstelen aan de vermeende invloed van Lila. Elena lijkt een kat- en muisspel te spelen met deze vriendschap: haat, liefde en bewondering wisselen elkaar in rap tempo af.
Het begin van de serie gaat over volwassen worden, de ontdekking van seksualiteit en het huwelijk, met op de achtergrond het wel en wee van een armoedige Napolitaanse wijk waar de verhoudingen tussen de families getekend zijn door talrijke heftige gebeurtenissen. De kruideniersfamilie Solara heeft het er voor het zeggen en begint steeds meer de gedaante aan te nemen van een maffiafamilie. Relaties worden verbroken, kinderen geboren, huwelijken lopen stuk, maar de macht blijft onveranderd in handen van de Solara’s. Ferrante heeft meerdere vuurtjes in haar verhaal gestookt, met op elk een pruttelend potje.
En net nu het lijkt of Lila met vuur speelt en er in Elena’s leven weer een aardverschuiving heeft plaatsgevonden, is het derde deel dichtgeslagen en moet ik wachten tot in oktober het laatste deel in Nederlandse vertaling verschijnt: wie heeft Gigliola vermoord, waar is Pasquale gebleven, hoe betrouwbaar is Nino en hoe loopt het af tussen Michele Solara en Lila? Het lijkt wel de cliffhanger van een soap, maar daar is de kwaliteit van het verhaal te goed voor.
Het is een uitzonderlijke serie boeken, in eigen stijl, met het verhaal over een wijk waarin niemand wilt opgroeien, maar – zoals Connie Froboess ooit zong: “Zwei kleine Italiener vergessen die Heimat nie. Die Palmen und die Mädchen am Strande von Napoli”. Elenea en Lila zullen hun Heimat ook nooit meer vergeten, noch hun vakantie aan zee.
Elena Ferrante – De geniale vriendin, De nieuwe achternaam, Wie vlucht en wie blijft (L’amica geniale, Storia del nuovo cognome, Storia di chi fugge e di chi resta, vert. Marieke van Laake), Wereldbibliotheek 2016
leestips
Het laatste deel:
Het verhaal van het verloren kind
Vriendschappen en generatieconficten:
Ginevra Lamberti – Iedereen slaapt in de vallei
Over Italiaanse jaren-60 idealen:
Lidia Ravera – Het feest is afgelopen
Kunstenaar in Napels:
Domenico Starnone – De straat der klachten
Vriendschap:
Johan Harstad – Max, Mischa & het Tet-offensief
Sharlene Teo – Ponti
Hanya Yanagihara – Een klein leven
Bariş Biçakçi – Radeloos als we waren
Michael Chabon – Telegraph Avenue
Nino Haratischwili – Het schaarse licht
Lana Bastašić – Vang de haas