Deborah Moggach – Gekkenhuis

Een nieuw leven op hoge leeftijd

Engelse roman over een tehuis voor Engelse bejaarden in India.

Heb je genoeg van je kinderen die nooit tijd voor je hebben? Heb je genoeg van je tehuis waar de service hard hollend achteruit gaat of veel te duur is? Kun je een fatsoenlijk huis niet betalen? Durf de sprong aan om naar een land te gaan waar het leven goedkoop is, de zon vaker schijnt en men meer respect voor ouderen heeft. Het klinkt heel futuristisch, maar is het niet. Hoeveel ouderen gaan al naar Spanje om de Hollandse winters in te ruilen voor een mager zonnetje?

Gekkenhuis is de 15de roman van de Engelse schrijfster Deborah Moggach. Het gaat over een groepje ouderen die in Bangalore, India, in een bejaardencentrum trekken. Moggach is gespecialiseerd in familieromans, dat wil zeggen over de relaties binnen een gezin. Over scheidingen, over kinderen krijgen en niet kunnen krijgen, over het getouwtrek van kinderen na de scheiding, over ontrouw en over incest, over liefde en over dood.
Na alle facetten van het gezinsleven en relatieproblemen onder de loep te hebben genomen was er nog een deel van de familie die buiten beschouwing bleef in Moggach’s boeken: de ouderen en/of grootouders.

In tegenstelling tot andere culturen hebben de ouderen in onze snelle westerse cultuur haast geen rol meer te vervullen en worden ze bijna als opgebruikte spullen in de kast geparkeerd. Deze kasten worden steeds degelijker, kleiner en, zoals in Engeland, dreigen zelfs te verdwijnen.

In Gekkenhuis heeft iedere hoofdpersoon een andere reden om naar het tehuis in India af te reizen. Muriel voelt zich genoodzaakt te vertrekken nadat ze beroofd was, haar kat vermoord en haar zoon met de noorderzon bleek te zijn vertrokken. Evelyn heeft een betere relatie met haar manicure dan met haar dochter die haar geluk zoekt in allerlei New Age-stromingen terwijl haar zoon, gekaapt door een nare schoondochter, in New York woont. Dorothy slijt haar ouwe dag in het centrum van Londen, na een carrière bij de BBC waar ze documentaires maakte. Het leven lijkt net als de verkeersstromen nu volledig langs haar heen te gaan. Het echtpaar Ainslie heeft geen geld meer om te reizen en besluit daarom naar een exotischer oord te gaan.

Norman, die het niet kan laten achter de meisjes aan te zitten waardoor hij keer op keer uit bejaardencentra wordt gegooid, is eigenlijk de aanleiding voor de oprichting van het tehuis Dunroamin Hotel in Bangalore. Ook in het huis van zijn dochter was hij niet te harden. Vooral zijn schoonzoon, de arts Ravi Kapoor, heeft het helemaal gehad met hem. Samen met zijn regelneef Sonny in India komt Ravi op het lumineuze idee voor een tehuis onder de Indiase zon. Nieuwe zaken én zijn stinkende en lastige schoonvader de deur uit: alles in één klap geregeld.

Zo wordt het shabby hotel in Bangalore het tehuis voor eenzame Engelse oude mensen die hier een nieuwe familie vinden. Want zo ver weg van eigen land en kinderen hebben ze niemand behalve de andere bewoners. En dat is vaak meer dan ze ’thuis’ hadden.
In het land waar de bedelaars tussen de glimmende nieuwe IT-gebouwen wonen, waar de heilige koeien nog steeds voor chaos op de weg zorgen, waar tot ver na middernacht leven op de kleine markten te vinden is, midden in deze wereld beseffen de Engelse oudjes dat ze zo zielig nog niet zijn. De Indiase maatschappij loopt over van de behoeftige mensen. Maar iedereen accepteert zijn lot min of meer.

Langzaam maar zeker bemerken de bewoners dat ze veranderen. Dat ze zich prettig voelen in deze Indiase cultuur met als centrum het Engels aandoende Dunroamin Hotel. Dat ze niet zoveel moeite hebben met de vreemde godsdiensten die de Indiërs aanhangen, met de vuiligheid op straat, de bedelende kinderen, de chaos op de wegen. Ze genieten van hun exotische drankjes, het warme weer, de bediening die hun op handen draagt ondanks het feit dat die vaak nog ouder en gebrekkiger is dan zijzelf.
Ze maken kennis met een nieuwe wereld, geven informatie over Engeland aan leergierige jonge Indiase mensen, voelen zich weer nodig, hebben het idee dat ze aan een nieuw leven zijn begonnen.

Ouderdom kan een zwaar onderwerp zijn en de kritiek op de Engelse maatschappij is ook serieus in dit boek. Maar Gekkenhuis is een luchtig verhaal met veel humoristische trekjes. Net als de verschillen tussen de twee culturen, Engeland en India, op een heel natuurlijke manier worden behandeld.

De karakters zijn aandoenlijk, verschillende verhaallijnen humoristisch, de stijl heel toegankelijk. Een mooi boek dat je aanzet tot het nadenken over je eigen oude dag.

Deborah Moggach – Gekkenhuis (These foolish things, vert. Sophie Brinkman), Archipel, 2004

Boekenlinks
Nog een boek over een bejaardentehuis:
Marc Wortmann – De weduwetrooster
Daniel Mason – De verlichte kamers
Nog meer boeken over ouderdom:
Percy Kemp – Musc
Amélie Nothomb – Filippica’s
Yasmina Reza – Droefenis
Anne Tyler – Toen we volwassen waren