De stille onderstromen van het leven
Integere roman over een vrouw in midlife crisis.
Rebecca Davitch is 53 en maakt deel uit van de grote Davitch familie. Nauwelijks de schoolbanken ontgroeid ontmoette ze de wat oudere Joe, die ze trouwde en werd zo stiefmoeder van 3 dochters. Tenslotte kreeg ze met Joe nog een dochter en toen Joe verongelukte, bleef Rebecca zitten met 4 dochters en een omvangrijke familie waarin ze eigenlijk niet thuis hoorde. Nu woont ze nog steeds in het grote Davitch familiehuis, met een oom van Joe, Poppy, die helemaal geobsedeerd is door het naderende feest voor zijn honderdste verjaardag. Want feesten kunnen ze in de familie.
Voor elke geboorte, dood, verjaardag of welk heuglijk feit ook, komt de familie bijeen op een picknick, een viering thuis of een ander uitstapje. Meestal is het Rebecca die dat organiseert, tenslotte beheert ze ook de familiezaak ‘De Open Armen’, dat eruit bestaat dat de onderste etage van het familiehuis wordt verhuurd voor andermans feesten en partijen. Maar de feesten waarop haar vier dochters met man en kinderen steevast bekvechten, klagen of zeuren worden soms ook wel eens saai. En op weer zo’n feest staat de altijd zorgende Rebecca opeens stil bij zichzelf. Wat is er van haar geworden en had ze niet een totaal ander persoon willen worden, in plaats van de altijd trekkende motor te zijn van een familie die nog geen eens haar familie is? Ze realiseert zich dat ze in geen tijden een boek heeft gelezen en mijmert over haar jeugdvriendje Will, die ze besluit te bellen.
Het is al het 15de boek van deze Amerikaanse schrijfster, die als hoofdthema ‘De familie’ heeft. Het liefst grote families waar hele generaties het met elkaar moeten zien te vinden, of gezinnen waarin de verschillende leden met hun verschillende wensen en levens bij elkaar moeten zien te blijven. Op het eerste oog kan dat leiden tot enorme uitbarstingen en waanzinnige familiedrama’s, maar dat is niet Tyler’s stijl. Tyler schrijft over de kleine, broeierige conflicten van de gewone mens. Geen actie of drama, hoewel er best wel eens iemand dood gaat; het leven in haar romans ontvouwt zich meestal met kleine scheurtjes en breuken, die, hoewel ze aan een mens kunnen knagen, toch heel overkomelijk zijn.
Zo ook in Toen we volwassen waren, waarin de 53-jarige hoofdpersoon Rebecca in een soort midlife crisis komt. Wat was ik geworden als ik Joe niet had ontmoet en niet in deze Davitch-familie terecht was gekomen? Een soort vraag die we ons allemaal wel eens stellen. Ze besluit tot actie en begint met kleine veranderingen in haar leven aan te brengen. Maar dan komt ze erachter dat ze wel degelijk haar eigen plaats in de Davitch familie heeft.
In het verhaal vinden we de bekende Tyler hilariteit en murmelt het leven in gestadig tempo door. Het zijn de onderstromen van het leven en de ontroerende Poppy die dit boek aantrekkelijk maken. Tyler’s kracht is dat ze het echte leven, dat vaker niet spectaculair is dan wel, zeer realistisch weet te benaderen. Haar boeken gaan uiteindelijk iets dieper dan het leven op het eerste gezicht saai lijkt: geen grote helden of roerige acties, gewoon een leven van een vrouw van 53 die in de schoot van haar familie even de draad kwijt is. Een integer boek over de kleine dingen des levens.
Anne Tyler – Toen we volwassen waren (Back when we were grownups, vert. B. Mossel), Cargo 2001
Leestips
Van dezelfde schrijfster:
Op zoek naar Caleb
Het heimweerestaurant
Leeftijd:
Alba de Céspedes – Verboden schrift
Yasmina Reza – Babylon
Kjersti Annesdatter Skomsvold – Hoe harder ik loop, hoe kleiner ik ben
Jenny Offill – Afdeling ongewisse zaken
Katja Lange-Müller – Draaideur
Fiona McFarlane – Tijgers in de nacht
Een iets dramatischer verhaal over het gewone leven:
Amélie Nothomb – Filippica’s