David Benioff – Stad der dieven

Het leven van Lev

Twee mannen op avontuur rond het beleg van Leningrad.

Tijdens het beleg van Leningrad, dat duurde van 8 september 1941 tot 27 januari 1944, vielen naar schatting ruim 1 miljoen burgerdoden. Terwijl de Duitsers de Russische stad belegerden, hadden de stedelingen te maken met hongersnood en ijskoude winters. Dit is het decor van een avonturenroman over een jongetje uit Leningrad en een Russische deserteur.

David Benioff is vooral bekend om zijn filmscripts, zoals Troje (2004) en The Kite Runner (2007). Samen met D.B. Weiss verkreeg hij zijn grootste succes met de productie en het filmscript van de succesvolle serie Game of Thrones (v.a. 2011). Stad der dieven werd in 2008 voor het eerst gepubliceerd. Het is zijn tweede roman.

Het beleg van Leningrad spreekt tot de verbeelding van menige schrijver en moet een afschuwelijke tijd zijn geweest. Angst, honger en koude, een tekort aan alles, zie daar maar eens mee te overleven. Deze verschrikkelijke omstandigheden, tezamen met andere oorlogsgruwelijkheden vinden we weliswaar terug in het boek, maar de schrijver heeft daarover een haast kluchtig verteld verhaal gelegd.

Lev ging niet mee met zijn moeder, toen die de belegerde stad ontvluchtte met zijn zus. Hij bleef in het appartementsgebouw het Kirov, waar hij met andere kinderen een soort burgerwacht vormde en de Duitse beschietingen vanaf de daken in de gaten hield. Tot hij op een dag wordt gesnapt op het verdonkeremanen van een wapen van een gevallen soldaat. In de gevangenis ontmoet hij Nikolai Aleksandrovitsj Vlasov, Kolja genoemd. Ze vrezen de kogel, maar krijgen daarvoor in de plaats een haast onmogelijke opdracht: vind 12 eieren om een taart te maken voor de bruiloft van de dochter van een van de Russische bevelhebbers.

Kolja, een zeer met zichzelf ingenomen heerschap, neemt Lev, het eigenwijze straatjochie, onder zijn hoede. Ze vormen een vermakelijk duo, daar Kolja een allesweter, gentleman en een vrouwenexpert is, maar Kolja zich ook ontpopt als weliswaar naïef, maar lang niet zo’n domme jongen, zoals hij zich in eerste instantie voordoet. Aangemoedigd door Kolja is er ook zijn ontluikende seksualiteit, waar hij in Kolja een goede leermeester heeft gevonden.

Na wat schrijnende pogingen in de stad te hebben gedaan om eieren te bemachtigen, besluit Kolja dat ze de stad uit moeten, naar het platteland, waar boeren allicht nog kippen en eieren hebben. Zo worden hun hachelijke avonturen voortgezet tussen de Duitse en Russische linies in het wit besneeuwde landschap, waar ze hoertjes, partizanen, Duitsers en gevangenen tegenkomen.

Het verhaal is als een achtbaan langs verschillende gevoelens: het vertelt over gruwelijkheden, maar verleidt ook, is teder, is spannend, met onmogelijke wendingen en neigt naar een satire. Het is onderhoudend, want Lev en Kolja zijn een komisch duo temidden van al hun ontberingen en hun verdriet.

Ik moest even denken aan het boek Het leven van Pi van Yann Martel, ook zo’n ongelooflijk verhaal, dat door de verteller op de schop wordt genomen door aan het einde een tweede versie te vertellen van hoe hoofdpersoon Pi zijn schipbreuk had overleefd. Ook Stad der Dieven is een verhaal van overleving: een opa, die zijn kleinzoon vertelt hoe hij door het beleg van Leningrad kwam. Een verhaal dat we zeker met een korrel zout moeten nemen. Alleen is die korrel zout wel van een opmerkelijk onderhoudend niveau, wat de aantrekkingskracht is van deze vlot weglezende roman, dat bol staat van onmogelijke avonturen, maar verleidelijk want spannend en heel vaak behoorlijk aandoenlijk.

David Benioff – Stad der dieven (City of Thieves, vert. Sandra van de Ven (2009), Meridiaan 2020

Leeslinks
Oorlogsavonturen:
Slobodan Šnajder – De reparatie van de wereld
Daniel Mason – De wintersoldaat
Anthony Doerr – Als je het licht niet kunt zien
Het beleg van Leningrad:
Helen Dunmore – De belegering
Oorlog schept dieven:
Leonid Dobytsjin – Sjoerka’s familie
Een stukje over het beleg van Leningrad:
Nino Haratischwili – Het achtste leven
Jonathan Littell – De welwillenden
Waar of niet waar?
Yann Martel – Het leven van Pi