Met de rug tegen de muur der geschiedenis
Israëlische roman over mensen die keuzes moeten maken tijdens de Tweede Wereldoorlog en het Russische communistische regime.
De Duitse Thomas Heiselberg heeft al vanaf zijn vroegste jeugd geloofd dat hij het ver zou schoppen in de wereld: hij was goed in verkooppraatjes. Dankzij een prachtig betoog weet hij een baan te krijgen in een Amerikaanse marketing firma die filialen in Europa opent en Thomas weet steeds hoger naar de top de klimmen. Maar dan komt Hitler aan de macht, wordt de politiek steeds grimmiger en wanneer de Kristalnacht heeft plaatsgevonden, trekt de firma zich terug uit Berlijn en staat Thomas op straat.
Ook de andere hoofdpersoon in deze indrukwekkende roman leeft in turbulente tijden: in Leningrad, waar de Russische communisten iedereen laten oppakken die niet in hun straatje past. Zoals de ouders van de joodse Aleksandra Vajsberg, ook wel Sasja genoemd. Met lede ogen beziet ze de avonden waarop schrijvers en dichters haar ouderlijk huis bezoeken. Ze ergert zich aan haar moeder die nog steeds doet alsof ze niets weet van haar vaders relatie met de grote dichteres Nadjezjda Petrovna, ze hoort met kloppend hart over de arrestaties van Nadjezjda en andere vrienden en weet dat het niet lang meer zal duren voor haar ouders ook een klop op de deur krijgen.
Thomas wil zijn carrière voortzetten. Hij droomt over het bezit van de nieuwe auto van Mercedes Benz, hij wil met zijn vaardigheden aan de slag en biedt zijn diensten aan aan het nieuwe Duitse regime. Sasja wil dat haar tweelingbroers Vlada en Kolja niet naar een weeshuis hoeven wanneer haar ouders worden gearresteerd. Ze hoopt ze bij zich te kunnen houden en gaat een relatie aan met jeugdvriend Maksim Podolski, die hoog op de communistische ladder staat en dat vast allemaal kan regelen.
Het zijn persoonlijke keuzes die beide hoofdpersonen met goede bedoelingen maken. De gevolgen zijn echter verstrekkend. Thomas schrijft een handboek over de Polen, zodat de Duitse bezetters weten hoe ze dit volk vol joden moeten aanpakken en Maksim blijkt de tweeling toch niet voor speciale opvang te kunnen behoeden, waarna Sasja nog maar één doel in haar leven heeft: de tweeling lokaliseren.
Thomas steekt zijn kop in het zand wat betreft alles wat om hem heen gebeurt en Sasja verkoopt haar hart aan de duivel voor meer informatie over haar broers: ze trouwt met Maksim en gaat in dienst van het regime dat zal beslissen over het lot van haar ouders en al hun vrienden.
Het boek deed me denken aan De welwillenden van Jonathan Littell, waarin we Max Aue volgen die tijdens de Tweede Wereldoorlog carrière maakt in de SS. Door zijn eerlijkheid begin je met sympathie voor hem, die al snel dooft wanneer hij deel gaat uitmaken van de mensen die verantwoordelijk zijn voor de vele gruweldaden uit de Tweede Wereldoorlog. Toch blijft zijn persoon boeien, omdat dit het verhaal is van een mens en geen monster. Ook Thomas maakt deze gevoelens los: wanneer je eenmaal door hebt dat hij niets met zijn anti-nazi- gevoelens heeft gedaan, maar zelfs voor de regering is gaan werken, vraag je je af waar het heen moet met Thomas én het verhaal.
Hetzelfde gebeurt met Sasja, over wie je al snel twijfels krijgt wanneer blijkt dat zij een akkoord met de vijand probeert te maken. Ze verandert zelfs in een felle ondervraagster die vroegere vrienden bekentenissen laat schrijven.
Beide hebben echter geen hart voor de zaak: Thomas maakt zogenaamde wetenschappelijke rapporten waarbij hij plakt en kopieert en veel verzint en Sasja blijft maar geloven dat door haar toedoen de vrienden mildere straffen krijgen en ze haar broertjes eens zal kunnen helpen. Het verhaal brengt de twee hoofdpersonen bij elkaar, de goed opgevoede Duitser die carrière wil maken en de twijfelende Sasja die nog maar één doel voor ogen heeft.
Het is voor de lezer fascinerend hoe beide personen ondanks de val die ze maken blijven geloven in hun daden. Nir Baram heeft zich goed ingeleefd in deze gruwelperiodes van de 20ste eeuw en brengt met verve de gecompliceerde karakters van Thomas en Sasja, twee mensen die hun dromen zien gedwarsboomd door de geschiedenis.
Hard en krachtig, menselijk en misselijk makend, dit is een roman die je niet zonder zelfbeschouwing kunt lezen: goede mensen bestaan niet, tenzij de geschiedenis het wil. Het is een fascinerend boek over de gevolgen van goedbedoelde persoonlijke keuzes en het geloof van de mens om te overleven, totdat er zelfs voor hen een grens wordt bereikt.
Nir Baram – Goede mensen (Anasjiem toviem, vert. Hilde Pach), De Bezige Bij 2013
Leeslinks
Keuzes maken in een oorlog:
Jonathan Littell – De welwillenden
Sofi Oksanen – Als de duiven verdwijnen
Sofi Oksanen – Zuivering
Keuzes maken:
Alfred Döblin – Berlin-Alexanderplatz
Rudolf Lorenzen – Alles behalve een held
Lidia Ravera – Het feest is afgelopen