Michael Muhammad Knight – Taqwacore

De beuk in de islam

Amerikaanse, hilarische roman over een groep moslimpunkers.

Ergens in een boekbespreking viel de naam Bananafish: een nieuwe uitgeverij. Niet alleen de opvallende naam, maar ook het feit dat er nog mensen zijn die het tegen de immer fuserende en groter wordende uitgeverijen durven op te nemen, wekte onmiddellijk mijn nieuwsgierigheid. Vier vertaalde romans van vier totaal verschillende auteurs zijn het begin van hopelijk een glansrijke carrière: “Romans van absurdist, surrealist en stichter van de Patafysica Alfred Jarry, van de icoon uit de Afro-Amerikaanse literatuur Ernest J. Gaines, van de magistrale Latijns-Amerikaanse cross-over tussen Kafka en Sartre Mario Levrero en van de blanke Amerikaanse moslim Michael Muhammad Knight, die met zijn verhaal een heuse moslimpunk-scene wist te stichten.” Dit laatste boek maakte me razend nieuwsgierig: wie durft een link te leggen tussen punk en de islam?!

Na het lezen van een biografie van Malcolm X, die een prominent lid werd van de Nation of Islam, bekeerde Michael Muhammad Knight zich tot de islam en ging zelfs naar Pakistan om deze godsdienst te bestuderen. Daar werd hij echter geconfronteerd met orthodoxe visies, waarna hij de studie afbrak, terugkeerde naar Amerika en Taqwacore schreef, om uiting te geven aan zijn twijfels en frustratie. Zijn stem is dan ook makkelijk te herkennen in die van de onzekere verteller Yusef, die een kamer betrekt in een huis in Buffalo waar een aantal moslimjongeren woont. Verbaasd slaat hij het reilen en zeilen gade van punks die allemaal op hun eigen manier als een moslim proberen te leven. Zelf niet opgevoed als moslim, kampt hij met een heleboel vragen, die op soms zelfs hilarische wijze worden beantwoord door zijn huisgenoten.

Het huishouden doet denken aan de tv-serie The Young Ones, of aan een kraakwoning waar iedereen maar in- en uitloopt. Stoere Umar, echter de braafste onder de bewoners, organiseert de belangrijkste bidsessies op vrijdag, waar het nodige kleurrijke volk op af komt en waar op eigen wijze invulling wordt gegeven aan de gebeden. Soms is zelfs Rabeya, de enige moslima in het huis, de voorgangster. Ook al is ze altijd gekleed in boerka, zij trekt ten strijde tegen de strenge regels voor vrouwen in de islam. Jehangir Tabir, met zijn grote gele hanenkam, organiseert op vrijdagavond het wekelijkse feest, waar drugs en rock & roll in niets meer aan de islam doen denken. Fasiq Abasar – ook al met hanenkam – kombineert, zittend op het dak, het liefst een vette joint met vredig lezen in de koran.

Yusef kan duidelijk zijn draai niet vinden temidden van al deze moslimpunkers en is de ene keer gefascineerd door hun gedrag, maar soms ook behoorlijk ziek van zichzelf, omdat hij omgaat met zuipende, rokende en neukende moslims en verleidelijke, afvallige of feministische moslima’s. Er wordt dan ook heel wat gediscussieerd, waarin iedereen zijn eigenzinnige visie geeft over de interpretatie van de islam.

Deze – door de schrijver gefantaseerde moslimlevenswijze – waar gebed, muziek, drugs en seks hand in hand gaan is fascinerend. Het geeft lucht naast de vele geboden van radicale predikers en het pleit ervoor dat iedereen zijn eigen islam moet vinden. Het boek, in Amerika voor het eerst gepubliceerd in 2003, creëerde zijn eigen volgers: nadat veel jongeren zich herkenden in het verhaal, kreeg deze club aanhangers de naam Taqwacore. Wat dat betreft heeft het boek zijn naam dus al gevestigd.

Het is geen literair hoogstandje, maar leert je veel: de taal is doorspekt met Arabische termen die uitgebreid staan uitgelegd op de laatste pagina’s. Het remt het lezen, maar al lezende neem je snel het ritme op en zo leer je wat Arabische termen. Het geeft een moslimleek een kijkje in deze religieuze keuken. Het verhaal over zoekende Yusef is misschien niet tot in de finesses uitgewerkt, maar zijn twijfelende persoon staat als een blok. Hij zoekt niet alleen naar zijn plek in de islam, maar is ook nog een groentje op seksueel gebied. Het verhaal dat bestaat uit verschillende hilarische avonturen, bouwt zelfs een beetje spanning op.

De climax komt wanneer Jehangir Tabari, de Budwiser moslim, eindelijk de door hem zo bewonderde Taqwacore groepen van de warme westkust heeft weten over te halen om naar het ijskoude Buffalo te komen voor een groots punkconcert. Alleen al de namen van de groepen zullen veel mensen doen rillen of lachen: Vote Hezbollah, Osama Bin Ladens Tunnel Diggers, Soldiers of Allah en Burning Books for Cat Stevens.

Dit boek dat de Taqwacore-beweging in gang heeft gezet, is niet alleen onderhoudend, maar zet aan tot denken over een godsdienst die maar al te vaak als een bedreiging wordt gezien. Net als Yusef is ook Michael Muhammad Knight nog steeds zoekende naar een passende islam. Als journalist onderzoekt en schrijft hij en geeft zo een stem aan een godsdienst die zoveel foute, interpreterende leiders kent. Punk is tegen de regels aan beuken. En dat doet dit boek op verfrissende wijze. Misschien ontstaat de nieuwe punktijd wel uit de moslimwereld, zoals de Amerikaanse groep Kominas laat zien en horen.

Michael Muhammad Knight – Taqwacore (The Taqwacores, vert. Krijn Peter Hesselink), Bananafish 2016

Leeslinks

Voorloper van de punk:

Jack Kerouac – Op weg

Een schrijfster die overal tegenaan schopt:

Helene Hegemann – Axolotl Roadkill

Schotse punk:

Irving Welsh – Lijm

De islam op eenvoudige wijze uitgelegd:

Tahar Ben Jelloun – Pappa, wat is een moslim?