Jennifer Saint – Ariadne

Vrouwenleed

Engelse roman over de Kretense prinses die Theseus hielp met het doden van de Minotaurus.

Er zijn boeken volgeschreven over de Griekse mythologie, door oude Griekse schrijvers zoals Homerus tot hedendaagse schrijvers zoals Madeline Miller. Er zijn schrijvers die hun eigen interpretatie aan de mythen geven, ze verplaatsen naar modernere tijden, of een hervertelling doen over wat de oude Griekse schrijvers over Griekse helden te melden hadden. Het nieuwste mythe-boek in het Nederlands vertaald is Ariadne van Jennifer Saint. Zij volgt netjes de weg die meerdere schrijvers al aangaven.

Ariadne was een dochter van koning Minos en koningin Pasiphaë van Kreta en de grotere zus van Phaedra. Ze had een zwak voor haar vreselijk uitziende jongste broertje Asterius, maar die groeit uit tot een monster: de Minotaurus, waarna haar liefde langzaam naar haat omslaat. Minos dwingt het koninkrijk Athene jaarlijks 14 jongelingen te sturen als offer voor het monster. Wanneer de koningszoon en held Theseus uit Athene met de te offeren jongens en meisjes meekomt, raakt Ariadne verliefd en beseft ze dat ze een daad moet stellen, niet alleen om de jongeren te redden, maar ook om een einde te maken aan deze gruwelijke traditie. Hiermee verraadt ze haar vader en haar land en realiseert zich dat ze niet op Kreta kan blijven. Theseus zweert haar eeuwige trouw en neemt haar mee, de zee over richting Athene. Op Naxos wordt een tussenstop gemaakt. En hier vangt het voor mij onbekende verhaal aan.

Het verhaal over de Minotaurus mag dan heel bekend zijn, net als het feit dat de dochter van koning Minos de held Theseus hielp, ik kende bijvoorbeeld niet het volledige verhaal van Ariadne. Noch dat van haar zusje Phaedra, noch over de connectie met de god Dionysos. En besefte ook niet dat Daedelus en zijn zoon Icarus tijdgenoten waren van Ariadne. Tenslotte was Daedelus de architect van het doolhof waarin de Minotaurus ronddoolde en zijn offers tot zich nam en Daedelus was ook aanwezig bij de terechtstelling van koning Minos. Zo zit dit verhaal vol met andere mythen, zodat je spelenderwijs meer over de immens grote en ingewikkelde Griekse godenwereld en zijn helden en monsters leert.

Jennifer Saint beschrijft het verhaal bovendien vanuit een feministisch standpunt: Ariadne beseft telkens weer dat vrouwen vaak moeten boeten voor de geilheid van de mannelijke goden, of mannen die vrouwen misbruiken voor hun eigen glorie: Pasiphaë, Phaedra, Semele, Medea, Medusa, allemaal het slachtoffer van mannelijke ijdelheid. Zo schaart ze zich in het rijtje auteurs die de vrouwen uit de mythologie extra belichten, zoals Madeline Miller met Circe en Pat Barker met de vrouwen van Troje (De stilte van de vrouwen).

Het boek leest heerlijk weg, ondanks dat Ariadne een beetje saai is en pas op het einde eindelijk wat actie onderneemt. Wat dat betreft is haar zusje Phaedra iets flamboyanter, maar die heeft veel minder stem in het verhaal. Het schrijven is niet uitzonderlijk, maar dat wordt inhoudelijk ruimschoots gecompenseerd. Het is wederom een fraaie interpretatie van de mythologie, met het accent op vrouwen en hun slachtofferrol. De Griekse godenwereld vol helden en vrouwen blijft fascineren.

Jennifer Saint – Ariadne (Ariadne, vert. Saskia Peterzon-Kotte), Orlando 2021

Leestips
Over vrouwen in de godenwereld:
Madeline Miller – Circe
Pat Barker – De stilte van de vrouwen
Jessie Burton – Medusa
Nathalie Haynes – De blik van Medusa
Over Medea:
David Vann – Klare Lucht Zwart
Een satire op de mythe van de Minotaurus:
Viktor Pelevin – De helm der verschrikking