Vertrapte anjers
Verhaal over 4 Portugese vrouwen die een relatie hebben met rechtse terroristen na de Anjerrevolutie in 1974.
Dona Mimi, ook wel de Dove genoemd (hoewel sommigen vermoeden dat ze wel gewoon hoort), droomt nog vaak over het restaurant van haar ouders in Coimbra. Haar oma, mama Alicia met haar in brandewijn gedoopte vlecht, werd boven aan de trap in een stoel neergezet en regeerde vanaf die plek het restaurant. Ze beloofde haar kleinkind Mimi rijkdom, daar ze zeker wist dat ze de formule van coca-cola ooit zou kraken. Achter een gesloten deur experimenteerden oma en kleinkind met de suiker, koffie en gazeuse om de coca-cola opnieuw uit te vinden.
De mooie Celina groeide op met haar vader en moeder, oom en oma. Haar vader zat altijd verscholen achter een krant, een man van weinig woorden, terwijl onder de eettafel de voeten van haar moeder speelden met die van haar oom. Om zich een eigen wereld te scheppen had ze Mickey Mouse, en nog veel meer pluchen dieren, die ze haar hele leven niet meer wilde loslaten.
Fátima woonde in de schaduw van de Mercès Kerk, die angstvallig waakte over haar vader en moeder, over de kanariepiet in de keuken die bevallig heen en weer wipte op zijn stokje. Haar oom de Bisschop nam haar liefdevol in huis op toen ze genoeg van haar man had, maar toen ze haar kamer verruilde voor die van de bisschop en haar flesjes en make-up spullen de kruisbeelden vervingen, vond ze het maar beter dit niet tegen haar ouders te vertellen.
Simone, die liever anders had geheten, was dik en lelijk en hierdoor eenzaam. Hoewel haar moeder alles deed voor haar, kon ze haar zomaar wegduwen of anders beledigen. Op de dansavonden was ze de eeuwige muurbloem, terwijl ze haar klasgenootjes mooi en vrolijk zag rondzwieren, tot er op een avond een jongen voor haar stopte die haar ten dans vroeg.
Het is het verhaal van 4 vrouwen in Portugal, over hun jeugd, hun relaties en hun lot. Want allemaal zijn ze gelieerd aan mannen die communisten en linkse elementen terroriseren en vermoorden, als wilden ze de Anjerrevolutie van 1974 ongedaan maken.
Dona Mimi is de vrouw van de commandant, die als dove de rijke villa bestiert, met haar oranje pruik om de schade van kanker te verbergen.
Dona Celina is de vrouw van de compagnon van de baas, die gebruik maakte van het geweld om haar man uit de weg te ruimen, zodat ze weduwe van de compagnon en het liefje van de baas werd.
Fátima is het nichtje van de Bisschop die haar echtelijk bed verruilde voor die van de hitsige geestelijke die maar uitriep dat het om een Heilige Zaak ging.
Simone is het vriendinnetje van de chauffeur en de jongen die met gevaar voor eigen leven met wekkers en draadjes bommen in elkaar zetten.
En dan waren er nog de generaal, de oud-agenten en de Amerikaanse ambassadeur.
Wat dit stelletje terroristen voor vuiligheid beramen en uithalen, wordt tussen de regels van de levens van dona Mimi, dona Celina, Fátima en Simone beschreven.
Preek tot de krokodillen is het derde boek van de schrijver António Lobo Antunes in de cyclus over Portugal, macht en geweld. Het handboek van de inquisiteurs gaat over de val van 40 jaar lange dictatuur van Salazar en Caetano en De glans en pracht van Portugal gaat over de gewelddadigheden rond de Portugese kolonie Angola.
António Lobo Antunes weeft de geschiedenis door de levens van zijn hoofdpersonages. Door beschrijvingen van dagelijkse dingen in het leven heen verschijnt langzaam het portret van een land dat in bloed is gedrenkt. Op subtiele wijze nemen we kennis van moordpartijen, folteringen en bomexplosies. De reeds bekende stijl van de schrijver, die zinnen zomaar laat overgaan in andere onderwerpen of andere tijden, versterkt dit gordijn-effect van door de levens heen gluren om de geschiedenis gewaar te worden. Met repeterende zinnen en woorden, met afgebroken zinnen, met heftige verschuivingen van plaats en tijd, neemt het verhaal je in zijn ban en vervoert je naar huiskamers in Lissabon waar de meisjes opgroeiden, vervoert je naar de oevers van de Taag of afgravingen waar de doden in werden gekieperd. De zon die Fátima onbarmhartig achtervolgt in haar keuken, schijnt ook genadeloos op de velden waardoor de communistische priester zijn einde nadert.
In fascinerende woorden en zinnen weet de schrijver je te boeien door je niet alleen geschiedenis voor te schotelen, maar ook door levens van gewone mensen uit te tekenen, die gevangen raken in een spiraal van bloed en geweld.
Het is een verhaal over familiebanden, over liefde en verraad. Het is een verhaal over gewone mensen die hun ouderlijk huis verlaten, de boze wereld ingaan om hun lot te volgen, over Portugal na de Anjerrevolutie, waar rechtse elementen gesteund door Spanjaarden zich niet bij de linkse overwinning wilden neerleggen, waar in 1980 het vliegtuig van de democratische premier Sá Carneiro neerstortte.
Het is een spannend en mooi boek wiens zinnen je gevangen nemen in een tijdscapsule die op en neer jojoot tussen veilige huiskamers uit een nog onbezoedelde jeugd en de rauwe werkelijkheid van een villa vol bommen die tot een vlammenzee is veroordeeld.
António Lobo Antunes – Preek tot de krokodillen (Exortação dos crocodilos), Ambo, 2001
Leestips
Van dezelfde schrijver:
Als een brandend huis
Dans der verdoemden
Het handboek van de inquisiteurs
De glans en pracht van Portugal
Voor de Anjerrevolutie:
Antonio Tabucchi – Pereira verklaart
Een nog oudere geschiedenis over Portugal:
José Saramago – Memorial van een klooster
Portugal en Lissabon:
J. Rentes de Carvalho – Ernestina
Over politieke samenzweringen:
Maria Vargas Llosa – Het feest van de bok