Arrogante Engelsen
Semi-historische Indiase roman over een groep mensen vlak voor het uitbreken van de eerste opiumoorlog.
Amitav Ghosh mag wel gezien worden als een van de grootste Indiase schrijvers. Hoewel hij in het Engels schrijft en in New York woont, ligt zijn hart in India, waarover al zijn boeken gaan. Bij Ghosh hoef je echter niet te zoeken naar beeldende verhalen over de hoofdsteden van India, waarbij al je zintuigen worden geprikkeld door de geuren en het lawaai in druk bevolkte straten. Ghosh heeft de geschiedenis van India als specialiteit, waarbij hij grote lijnen gebruikt waarin families door oorlog of uitbuiting gedwongen worden voor een ander leven te kiezen. In Het glazen paleis verspreidt een familie zich zo over Birma, India en Maleisië.
Ghosh’ vorige boek Het hongerig getij was wat minder pretentieus, maar net zo goed een verhaal over een stukje Indiase geschiedenis, spelend in een hoek van het land dat niet zo bekend is: de Sunbarans eilanden. Het boek biedt verhalen over de bijna-ondergang van dit uitgestrekte natuurgebied.
Bleef Ghosh met Het glazen paleis nog op de wal, in Het hongerig getij gaat hij te water. In zijn meest recente boek Zee van papaver heeft hij echter voluit voor het zeegat uitvaren gekozen. Net zoals als bij Het glazen paleis duiken we terug in de tijd, waarin de Engelsen het voor het zeggen hebben in India: midden 19de eeuw, vlak voor het uitbreken van de eerste opiumoorlog tussen Engeland en China.
Dat er opium werd gerookt in China was bekend, maar dat het England was die de opium vanuit India naar China bracht, is minder bekend. Indirect was deze import er de oorzaak van dat miljoenen Chinezen verslaafd raakten aan deze drug, wat de regering ertoe aanzette om een invoerverbod in te stellen. De Engelsen waren daar niet blij mee, want met deze handel verdienden ze goud geld en ze waren niet van plan deze geldbron zonder slag of stoot op te geven. Tussen 1839 en 1842 vond de eerste opiumoorlog plaats, die de Engelsen wonnen, waarna ze China nog meer voordelige regels voor de internationale handel afdwongen.
De Ibis is de Engelse boot uit het verhaal van Amitav Ghosh dat met alle hoofdpersonen aan boord langzaam richting China zeilt, de oorlog tegemoet. Aan boord bevinden zich contractarbeiders die in het suikerriet van Mauritius moeten gaan werken, een andere lucratieve handel van Engeland. Tussen deze contractarbeiders bevindt zich Deeti, de weduwe die op de vlucht is met een andere man voor haar ex-schoonbroer, die haar opeiste toen haar man overleed en de in India grootgebrachte Franse jongevrouw Paulette. Er zijn ook twee gevangenen aan boord: de failliet verklaarde radja Neel, die als straf is verbannen en de Chinese Ah Fatt. Tussen de bemanningsleden bevinden zich matroos Jodu, een jeugdvriend van Paulette, en tweede stuurman Zachary, voor wie Paulette een zwak heeft. En dan is er ook nog de boekhouder van de reder Halder, die eindelijk heeft besloten zijn eigen weg te gaan en zijn hart te volgen.
Al deze personages zijn van heel verschillende afkomst. Een van de kenmerken van deze roman is dan ook het taalgebruik. Amitav Ghosh heeft zijn personages allen een eigen tongval gegeven, wat soms leidt tot kromme dialogen en vreemde woorden. Hoewel misschien goed vertaald, is deze bij vlagen kinderachtige taal een kleine ergernis bij het lezen.
Niet alleen moest het Nederlands worden kromgetrokken voor de diverse accenten, Ghosh heeft ook nog eens de specifieke taal bestudeerd die er vroeger onder de zeelui werd gepraat en waarmee alles op het schip werd benoemd, met als resultaat een groot aantal vreemde woorden voor een ieder die deze oude namen niet kent.
Zo is Zee van papaver in dubbele zin een historische roman. De opiumteelt wordt interessant in beeld gebracht, door o.a. de prachtige beschrijving van een Engelse opiumfabriek in India, ook is er voor de historici volop te leren over de oude zeevaart.
Zee van papaver is het eerste deel van de trilogie over de Ibis en al tijdens de eerste reis die we volgen, is de rust ver te zoeken: muiterij en doodslag zijn slechte voortekenen voor een reis die nog lang niet volbracht is.
Ondanks dat de dialogen niet altijd vloeiend weglezen, blijft dit semi historische verhaal een interessant en boeiend boek om te lezen.
Amitav Ghosh – Zee van papavers (Sea of Poppies, vert. Joop van Helmond) De Bezige Bij, 2009
Leestips
Van dezelfde auteur:
Het hongerig getij
Het glazen paleis
Over oude Japans-Engelse handelsbetrekkingen:
Alan Spence – De drijvende wereld
Handel in Japan:
David Mitchell – De niet verhoorde gebeden van Jacob de Zoet