Lichtvoetig en donker
Tsjechisch verhaal over macht en cavia’s.
Wanneer het boek aanvangt, heb je het idee dat de verteller Vašek een verhaaltje vertelt voor het slapen gaan: hij richt zich tot meisjes en jongens, stelt zijn gezin voor (vrouw en twee zoontjes) en legt regelmatig moeilijke woorden uit. De stijl is licht satirisch en al snel ga je meer kanten van het verhaal zien. Dit is niet zomaar een verhaal over een liefhebbende vader die een zoontje blij wil maken met een cavia, dit is een verhaal over een vader die worstelt met macht.
Vašek is een eenvoudige beambte bij de staatsbank, waar tijd te over is om collega’s en andere zaken te observeren. Een van de bezigheden van het personeel is geld achterover te drukken en de sport is om dit ongezien de bank uit te smokkelen, ondanks dat de bewakers steeds gehaaider worden. En dan is er een oude, stoffige beambte die als een profeet roept dat de ondergang van de bank nabij is. Vašek raakt geobsedeerd door deze uitspraak, wil uitzoeken waarom deze man dat zegt en gaat het tot de bodem toe uitzoeken.
Op zijn werk is Vašek gewoon een van de vele werknemers, laat staan dat hij gezien wordt door de directeur. Een baantje zonder macht dus. Maar thuis is dat anders: zijn woorden zijn wet, alhoewel zijn zoontjes deze macht steeds vaker proberen te ondermijnen, vaak verdedigd door Vašeks vrouw. Op dit gebied is er dus geen totale macht te behouden.
Op aanraden van een collega neemt Vašek op een dag een cavia mee naar huis. Hij zegt zijn zoontje ermee een plezier te doen, maar de lawine aan gedachtes in zijn hoofd hebben allang nieuwe ideeën naar voren gebracht: kan een cavia van hem houden en kan hij een cavia totaal onderwerpen? Er volgen heel wat nachten dat Vašek, wanneer de rest van het gezin naar dromenland is vertrokken, aan de slag gaat met de cavia’s (er worden er meer dan één in het huishouden geïntroduceerd).
Op zich presenteert Vašek zich als een goede vader. Maar niet alleen zijn autoriteit slipt hem wel eens door de vingers, ook uit hij soms onbedoeld harde uitspraken over kinderen of andere onderwerpen. En dan voelt de lezer het al aan: het kan nooit goed gaan met de cavia’s. Het boek krijgt dan ook steeds meer een satirische/absurdistische toon.
Ludvík Vaculík (geb. 1926) is een Tsjechische schrijver die tijdens de communistische overheersing zijn schrijvershoofd boven water probeerde te houden door weliswaar lid van de Communistische Partij te zijn, maar wel met kritische woorden te komen. In 1968 werd zijn beroemd schrijven Het manifest van tweeduizend woorden gepubliceerd, waarin hij kritiek uitte over hoe het communistische regime zijn macht misbruikte. Veel mensen, waaronder schrijvers, kunstenaars en studenten, schaarden zich achter dit document, dat uiteraard werd veroordeeld door het zittende regime. Vaculík werd na de publicatie een actieve tegenstander van het bewind, wat betekende dat hij zorgvuldig te werk moest gaan met wat bij schreef.
En zo werd in 1970 zijn verhaal over cavia’s gepubliceerd, over huisdieren die vroeger veel voor medische experimenten werden gebruikt. De dieren staan symbool voor het Tsjechische volk waarmee tijdens het communistische bewind in Vaculíks ogen ook werd geëxperimenteerd. Wanneer je het verhaal goed leest, zullen er meer symbolen opvallen en zo is Cavia’s op proef helemaal geen verhaal voor kinderen, maar een allegorisch protest tegen machthebbers die het volk onderdrukken.
De grote verdienste van het boek is dat het vol luchtige satire zit en ondanks de serieuze, donkere ondertoon, een prima onderhoudend verhaal is geworden over een vader, zijn twee zoontjes en de cavia’s. Het boek kan zich makkelijk meten met andere bestsellers uit Tsjechië, zoals werk van Franz Kafka, die met zijn verhalen tegen de voortgang van de – naar zijn mening – belachelijke modernisering en bureaucratisering schopte, Milan Kundera (De ondraaglijke lichtheid van het bestaan) en Bohumil Hrabal (Ik heb de koning van Engeland bediend). Deze nieuwe vertaling is een must voor liefhebbers van Oost-Europese literatuur en van satirische verhalen.
Ludvík Vaculík – Cavia’s op proef (Morčata, vert. Kees Mercks), Editie Leesmagazijn, 2015
Leestips
Nog meer anti-communisme:
Ismail Kadare – Het dromenpaleis
László Krasznahorkai – Satanstango
Een ander Tsjechisch verhaal met dieren in de hoofdrol:
Karel Čapek – Oorlog met de salamanders
Van een Tsjechische tijdgenoot:
Ota Pavel – Hoe ik de vissen ontmoette
Lichtvoetige Oost-Europees:
Pawel Huelle – Mercedes-Benz
Bohumil Hrabal – Ik heb de koning van Engeland bediend
Bohumil Hrabal – Eem driebenig paard
Wat zwaarder Oost-Europa:
László Krasznahorkai – De melancholie van het verzet
Péter Esterházy – Harmonia Cælestis
Nieuwe stemmen uit Oost-Europa:
Szczepan Twardoch – De koning
Sara Nović – Wie het mooist valt
Olja Savičević – Vaarwel, cowboy